United States or Laos ? Vote for the TOP Country of the Week !


Maar ach, dit is 'n schromelijke vergissing van u, mijn waarde lezer! Is het u dan nooit opgevallen, dat het Joodsche Volk, dat een Groote is, tevens zulk een alomtegenwoordig wezen is?

Van genen die op zijn landen om de vijf paal een post had waar acht paarden gestald stonden, met het aanlichten van den dag uitreed, zijn velden langs, en niet terug kwam voor het donkerde. Hij wist alles wat overal gebeurde, hij was alomtegenwoordig. Vermoeidheid kende hij niet, het woord "gemak" had geen zin voor hem.

"Wij hebben één, slechts één onfeilbaren gids en leidsman, een Geest, alomtegenwoordig, Die ons allen tezamen en elk in 't bijzonder doordringt, Die in ieder een streven wekt om te doen wat noodig is! Dezelfde Geest, Die een' boom doet groeien in de zon, eene bloem zaden doet geven in den herfst, noopt ons menschen nader tot elkaar te komen, zonder dat wij er van bewust zijn.

Het Djokjasche volk is gewonnen, geboren en getogen in een wereld, die, met alles wat op haar leeft, en beweegt, het eigendom is van éen oppermachtig wezen, zoo verheven en in alles volmaakt, dat hij een godheid schijnt meer dan een mensch. De macht van den Sultan is zoo alomtegenwoordig, alles omvattend, alles doordringend in die wereld, als in de stoffelijke de dampkring.

Maar hier ziet gij op, schudt het hoofd en beduidt mij niet onduidelijk, dat indien al de bijkomende overwegingen niet van eenige waarde ontbloot mochten zijn, mijne primaire bewering, schoon tevens beargumenteerde conclusie geworden, geenerlei practisch belang heeft, want er bestaat geen niet-bovenmenschelijk wezen, dat alomtegenwoordig zou zijn!

»Vreemde menschen, die mannen van Palaestina!" riep Cambyzes. »Men heeft mij dikwijls gezegd, dat gij aan eene enkele godheid gelooft, die door geene afbeelding wordt voorgesteld, die niets is dan een geest. Meent gij dan, dat dit alomtegenwoordig wezen een huis van noode heeft?

En 't Kind is het Werk, dat uit steen en aarde oprijst. Het alomtegenwoordig Arbeids-Werk. Maar ach dat kind het wordt aan hem onttrokken, die de vader was. En 't wordt hem weggesleept in andre huize', en niet met hem gedaan zooals hij wenschen zou. En de vader blijft arm en kinderloos: de arbeider."

Helaas, datgene, wat ik, schoon wellicht geheel ten onrechte, de noodwendigheid mijner uitingen zou willen noemen, dwingt mij nu, reeds bij den aanvang van dit schrijven den gemoedelijken en kalm-vriendelijken lezer te irriteeren en wellicht af te schrikken met een zoo paradoxaal-klinkende bewering als deze: De alomtegenwoordigheid in de een of andere durende relatie, gesteld nu eens, dat een niet-bovenmenschelijk wezen alomtegenwoordig kòn zijn, zou dat wezen onverbiddelijk verhinderen, roem, waardeering of zelfs genegenheid te verwerven.