Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 13 juni 2025


In de vroegere morgenuren en 's avonds zijn zij het meest opgewekt; voor het sterke daglicht nemen zij de wijk naar donkere plaatsen te midden van de bladen of naar andere, tegen het zonlicht beschutte ruimten. Niet minder afkeerig dan van de zon zijn zij van hevige regenbuien, die hunne droge veeren zoo nat maken, dat zij bijna ongeschikt worden om te vliegen.

Toch flitste het al heel vroeg door mijn hoofd, dat zoo'n gebed toch niet aangenomen werd, en ik herinner me den strijd tusschen mijn afkeerig hart en mijn kinderplicht. Gewoonlijk won de laatste het en waren we met Vader al weer verzoend, lang voor we insliepen. Om de waarheid te zeggen, we rekenden hem die klappen niet zoo ernstig toe.

Zequiel was echter vrij van alle winstbejag, want wanneer zijn meester de klinkende munten in den zak stak, waarvan geen goed geneesheer afkeerig is, berispte de geest hem, want, zeide hij, aangezien de dokter zijn kennis gratis kreeg, behoorde hij haar ook kosteloos aan te wenden.

De moderne eilander is alleen bedacht op het winnen van zijn levensonderhoud en is volkomen afkeerig van allen vooruitgang, zich vastklampend aan eeuwenoude gebruiken en den meest gewonen sleur. Wat de vaderen deden, was goed gedaan; wat heeft men nieuwe uitvindigen noodig, die mogelijk wat beters, maar even goed wat slechters kunnen brengen?

Als de meeste visschers zijn zij gehecht aan het oude en afkeerig van het nieuwe; kerksch en stijf gereformeerd. Een leven van rusteloozen arbeid onder dagelijksche ontbering en onophoudelijke gevaren stempelt het karakter en veroudert vroeg, maar schenkt ook aan deze zielen eigenaardige deugden, want over het algemeen zijn zij spaarzaam, trouw, ernstig en godsdienstig.

Maar ik zie onder u nog een' vriend, een' leermeester van latere jaren, wiens naam luide weergalmt in de tempelen der wetenschap, wiens geest kracht heeft en moed, wiens hart gloeit voor wat goed en edel is. Ik weet het, Mulder! gij zijt afkeerig van openlijk huldebetoon. Wierook-walmen stijgen niet tot u op.

De meeste waren burgerlijke overheidspersonen of ambtenaren van Chineesche afkomst, die reeds daardoor bevriend waren met een Shang-Haïer, afkeerig van het Tartaarsche ras. Allen, in prachtige scharlaken kleederen gehuld, vormden een waarlijk schitterenden stoet. Kin-Fo wachtte hen, zooals de beleefdheid het eischte, op den drempel van zijn hotel af.

De negers zijn in den regel afkeerig van het opvoeden hunner kinderen, die veel moeite en last veroorzaken, veel geld kosten, en veel zorg vorderen. Als slavin, was de negerin wel gedwongen haar kroost op te voeden, want die kinderen vertegenwoordigden een kapitaal.

Maar omdat hardheid en barschheid en wrok leelijk en gering-menschelijk zijn, wordt een mensch bij hun aanblik onmiddellijk afkeerig van hen en zegt meer of minder bewust in zichzelf: wat kunnen dezen, die zelf klaarblijkelijk nog niets geleerd hebben, mij leeren? En welk recht hebben zij, mij te leeren? Dan keert hij zich van hen af en sluit in zich-zelf zich op.

Hoe begeerig de Komba ook is naar het warme bloed van Zoogdieren en Vogels, is hij toch ook niet afkeerig van zoete genietingen; hij houdt er zelfs zooveel van, dat men alleen in de levensgeschiedenis van de Apen en van enkele Knaagdieren staaltjes aantreft van een dergelijken hartstochtelijken trek in zoetigheid.

Woord Van De Dag

verheerlijking

Anderen Op Zoek