United States or Uzbekistan ? Vote for the TOP Country of the Week !


Toen had ik haar geslagen, en als zij nu weêrkwam zou ik haar weêr slaan en haar die kuren wel afleeren van altijd weg te loopen en mij te laten alleen. Bah! zoo'n beest, waarom niet; 't was als de rest, 't zocht zijn pleizier en haar eigen goed leven. Bah, zoo'n beest, waarom niet? Maar met dat al had ik toch maar niets geen macht iets te doen.

Slechts een onzichtbare schim was met hem in de half-duistere zaal: de Angst, die er ronddwaalde, en hem geheimzinnig toefluisterde: dat de prins misschien nooit weerkwam.... Ik wil alleen zijn! had nu reeds twee lange dagen zijn bevel geklonken, tot allen die het waagden hem te naderen. Met gefronst voorhoofd zat hij voor zich uit te staren.

De Ziel, Altijd en immer, vóór de aarde bruin en vast was levende, vóór water keerde en weerkwam, ebbe en vloed, levende! Niettemin zal ik de materie bezingen, omdat ik door haar 't schoonst de ziel bezing, En ik zal mijn lichaam en mijn sterflijkheid bezingen, Want dán en daardoor vloeit door mij het lied van ziel en onvergankelijkheid.

Als hij weerkwam spande hij de zwertgevlekte witte merrie in de versch-geschilderde huifkar en reed ermeê naar de statie. Alle huizen in de stad waren bevlagd en de beiaard van St. Gommarustoren rammelde volksliekes over de daken, waarboven duiven toerden. Er wandelden reeds venten met ballonnekens en wat verder klopte een Italiaansche orgel.

En vreede vervulde de diepe bronnen des harten. Ook de Geboorte zeegende het en de vreugde der moeders. Want als in tijden van oudsher, nauwlijks herinnerd, de blijde ziel van den doode weerkwam op aard, welkom, tot welkom bereid, zoo keert nu weer, na voltooying, verheldring, verblijding, welkom de dierbare ziel tot den Vader.

Het gemeene troepje liet zich niet zonder moeite bewegen heentegaan, en Wouter hoorde met verontwaardiging hoe er door sommigen gemord en gescholden werd. Als 't weer gebeurde dat de-n-ouwe niet thuis was, heette het, zouden ze liever wachten tot-i weerkwam, want zoo'n meid was toch ook maar 'n "loontrekkende dienaar, die niet weet wat 'n mensch toekomt."

Hij geloofde niet meer aan zich zelven; hij durfde niets meer wagen; hij aanvaardde den terugtocht, en toen hij hier weerkwam, was hij als een veranderd mensch. »Had de onspoed hem in den goeden waren zin tot God gedreven?" vroeg Roestink belangstellend. »Helaas! daar zou ik geen ja! op kunnen zeggen.

Toen hij weerkwam, wierp de gravin zich bijna aan zijn voeten. "Neem alles!...." riep ze, "vraag wat ge wilt, zeg wat ge verlangt, mijn dochter, mijn hoeve, mijn geld".... "Uw dochter," antwoordde hij. Nu zwijgt Anna Stjärnhök plotseling. "En toen....? en toen?" vraagt gravin Elisabeth.

"Heb maar geen zorg, liefje!" troostte de moeder zacht; "zij is slechts wat nukkig; alles zal nog wel terecht komen." "Neen, neen, mama! O, toen ik haar aanzag, schoot mij de oude kroniek te binnen, en het vers over het roode haar. Och! dat zij weer wegging, van avond nog, en maar nooit, nooit weerkwam!"