United States or Seychelles ? Vote for the TOP Country of the Week !


En de klokken luiden, en de beiaard werpt in de lucht zijn stille, welluidende tonen: 't is als een engelenkoor op een kerkhof. Oog om oog, tand om tand! Vive le Geus! Toen waren de Geuzen te Vlissingen, waar Nele koorts vatte. Gedwongen het schip te verlaten, werd zij ingenomen bij Peeters, een hervormde, op de Turfkaai.

Zoo is het feest, dat op den eersten Zondag van den Vasten gevierd wordt, zeker der melding waard. Geheele hoopen volk komen na den middag de stad binnen en wachten op de Groote Markt de burgerlijke en de geestelijke overheden af. Daar slaat het twee ure. De beiaard speelt, de klokken luiden, de hoorn schalt, de trommel roffelt.

De vrouw wilde hem een klets geven, maar weg was hij op Beiaard, en zwaaide met zijn klak al lachend naar heur om. Het stof wolkte op van den drogen weg. De zon lei op het paard een matten zilveren schijn, en elke boomstam sloeg een blauwen schaduw op het lijf.

Steeds dient de kultuurdichter echter met het volk voeling te houden; en laat ik het woord van Poelhekke hier bij voegen, dat de verfijnde kunst der hooger ontwikkelden, van de meerderen in de techniek, "nooit de bron waaruit zij is ontsproten mag vergeten, op gevaar af aan bloedarmoede te gaan lijden": Woordkunst, bl. 122; vgl. De Beiaard I, 1, bl. 43 vlg.

Maar zal hij van onderhandeling willen hooren, die bloedige hertog, die onzen val heeft gezworen? Laat ons een uitval wagen met al onze soldaten: misschien banen zij zich een weg door de vijandelijke drommen. Maar de vrouwen staan aan de poorten, uit vrees dat men heur alleen de stede late bewaken. Luidt niet meer, klokken; werp uw blijde tonen in de lucht niet meer, beiaard.

"Het Reuzenlied" zegt Maurits Sabbe, "herinnert ons de schilderachtige volksoptochten met de reuzenfamilies, het ros Beiaard en allerlei allegorische voorstellingen, die vroeger in bijna al onze Vlaamsche steden en stedekens geliefkoosde nummers voor het kermisprogramma waren en thans nog slechts in enkele steden van tijd tot tijd de feestelijkheden opluisteren".

Daar mede sijn wie gode gheenecht ende woonen in heme ende hi in ons . Dan reed hij verder door binnenwegen, voorbij dorpen en gehuchten, en zag na langen tijd boven de boomen het blauwe torentje van Mariekes dorp uitsteken. Zijn hert begost te kloppen, en hij deed Beiaard rapper loopen.

Ik zal ze er seffens uithalen ... attentie, als 't u belieft ... een beetje attentie.... Het huizeken was stil gevallen. Hij draaide vluggelings den sleutel erin en deed de wielkens werken lijk te voren, zoodat de beiaard zijn veuzeken hernam. Hij was goddelijk in zijn schik, en dees stonde was hem een onzeglijke verrukking. De wereld was vol van hem.

Pallieter zag hem na in de deur met de jonge bazin, die lachte dat ze schokte. Hij ging terug binnen, dronk er nog een pint, en gaf er een aan Beiaard. Terwijl de meid zich bukte om een cent op te rapen, zag hij haren schoonen bruinen hals, en wip! hij lei een natten kus op het gemollig vleesch.

In de verte leefde nog altijd het tromgeroffel, dat nu eens dichter scheen te komen en dan weer stil te staan, daarna was er vaag harmoniemuziekgeruisch bij, met een gegons van zingende menschenstemmen. "Mor da's verdoeme de processie!" zei Pallieter. Hij sprong op Beiaard, en draafde naar dien kant.