United States or Montserrat ? Vote for the TOP Country of the Week !


So wie den vrouwen settet hoede, die doet dat dicke evel staet. wel menich man draget die roede daer hi sich selven mede slaet. Vgl. voorts: 65, 11-12; 67, 1-2; 62, 11-22. Vgl. o.a. Episodes uit MAERLANT'S Historie van Troyen door Dr. J. VERDAM, p. 27-28. Vgl. BEHAGHEL'S Einleitung, S. CLXXXVI flgg. Uitvoerige mededeelingen over en uiteenzetting dezer poëzie in PIPER'S Spielmannspoesie.

Christine de Pisan, Oeuvres poétiques, I p. 172, vgl. p. 60, l'Epistre au dieu d'Amours, II 3; Deschamps, V p. 51 no. 871, II p. 185 vs. 75; vgl. hierboven p. 207. L'Amant rendu cordelier, l.c. Menot, l.c. Gerson, Expostulatio ... adversus corruptionem juventutis per lascivas imagines et alia hujusmodi, Opera, III p. 291; cf.

In Gen. Miss. 9 Nov. 1627 wordt dit schip "Groot Hollandia" genoemd, ter onderscheiding van 's lands schip Hollandia. Hij overleed 2 Januari 1627 te Batavia als Raad Ords. Havenplaats op de N.O. kust van het Maleische Schiereiland; ons kantoor aldaar werd in 1622 opgeheven. Vgl.

Mus., I, 57, 66; p. 49-50; p. 98, vs. 34-5. Goede Boerden, bl. 11, vs. 3. Vgl. Goede Boerden, bl. 11, vs. 3; bl. 18, 222; 10, 166; 22, 104; Belg. Mus., X, 218 vlgg. PETIT DE JULEVILLE a.w. Goede Boerden, 22, vs. 93 en 1, vs. 11. Vad. Mus., I, 57 vlgg. Die zachter beschouwing eerst in Manon Lescaut; in HOOD'S Bridge of Sighs, b.v. in: Still, for all slips of hers, One of Eve's family.

Ik deel hier slechts de meest overeenkomstige verzen mede. De tekst is blijkbaar corrupt, vooral in de laatste verzen. Vgl. Nat. Bl., II, 469-'76; 680 vlgg.; Rijmb., I, 78 vlgg.; 5260-'4; 5358; 5398 vlgg.; 5502-'3; 13322 vlgg.; 25485-7; Sp. Hist., I, bl. 16, vs. 80 vlgg.

I, 1235 met II, 1259. Vgl. I, 331-2 met II, 359-360. Vgl. voorts het echt epische in I, 643 vervangen door het didactische in II, 692-3; het ironische in I, 1663 door het rechtstreeksche in II, 1677; de mindere levendigheid in II, 616 vlgg. vergeleken bij I, 562 vlgg. MULLER a.w. bl. 161-163, 166. Vgl. vs. 2053, 3182 en 2053. 2. VERHALENDE EN LYRISCHE PO

Er is zelfs voor nagenoeg alle sagen een tijd gekomen, waarin dichters de overgeleverde stof opzettelijk gingen omwerken, ze gingen verdiepen vooral, waarin ze het zieleleven der personen nader uitsponnen, en zoodoende menige sagenfiguur geheel wijzigden": Woordkunst, bl. 84, 85; vgl. De Beiaard I, i, bl. 49. Maresagen.

Chastellain, II p. 259. La Marche, II p. 324. Chastellain, I p. 28, Commines, I p. 31; vgl. Petit Dutaillis in Lavisse, Histoire de France, IV p. 33. Deschamps, IX p. 80, vgl. vs. 2228, 2295, XI p. 173. Froissart, II p. 37. La Débat des hérauts d'armes § 86, 87, p. 33. Livre des faits, bij Chastellain, VIII p. 252 en xix. Froissart, ed. Kervyn, XI p. 24. Froissart, IV p.83, ed. Kerv., XIp. 4.

Vgl. voorts: Grundriss, II, 1, 305 vlgg. Vgl. Reinaert (ed. MARTIN), GLOSSAR j.v. Ermenrijc en W. M

Vgl. voorts Mnl. Wdb., IV, kol. 403-4. S. Lutgart, II, 3157, 5580, 7631. Vgl. verder de opmerking van MARTIN in zijne ed. van den Reinaert, I, 2981 en Mnl. Wdb., IV, p. 392, 394, 395, 396. D.i.: zonder beschreven papier vóór zich, uit het hoofd. Zie voorbeelden van deze staande uitdrukking in Mnl. Wdb., I, kol. 1337. Vs. 2197-8.