United States or Guinea ? Vote for the TOP Country of the Week !


En Juffrouw Hartog is, niettegenstaande alle hare Geleertheid, mooglyk niet in staat, om myn smaak juist zo wiskundig te weten. Juffrouw Hartog. Ik oordeel uit de verschynzels. Ik. En uw oordeel is mooglyk niet vry genoeg, om, wél waar te nemen. Juffrouw Hartog.

Ei lieve, Juffrouw Lotje, moei u daar nu niet mede, om my plaisier te doen, Liefde! Is dit , Mejuffrouw Hartog, dat smart my; en ik danke Gode, dat ik nooit myne bekwaamheden heb willen tonen, in voor te wenden, dat ik niets geloofde; daar ik my niet in staat gestelt had, om wel te kunnen oordelen. Juffrouw Hartog. Elk zyne verkiezing, en ik verzoek die vryheid, die ik u laat.

Koning, De Koning, Coninck, Keuning, De Ceuninck, De Ceunynck, De Cueninck, Conninck en het hoogduitsche König. Hertog, De Hertog, Den Hertog, De Hertoghe, Hartog, Hartoch, Hartogh, De Hartog, Den Hartogh, met het hoogduitsche Herzog en het fransche Le Duc. Graaf, Graaff, Graeff, De Graaf, De Graaff, De Grave, De Graeve, Greve, De Greef, De Greeve, De Greve, en het fransche Le Comte.

Men begrijpt niet hoe zulke dingen uitlekken, maar zeker is, dat de ochtendbladen van den 14en met vette letters aan het hoofd van de eerste pagina de groote gebeurtenis meldden. Op den Parkweg zag het zwart van de menschen; men verdrong zich voor de woning van de familie Hartog. Rob moest op het balcon komen en werd met luide hoera's begroet. De heele buurt vlagde.

Wy lezen zelf in den Bybel, kind; namentlyk de lieve Buigzaam, Letje en ik; want Juffrouw Hartog is veel te geleert, en Lotje veel te gek, om van die party te kunnen zyn. Ik verzeker u, dat ik nooit met zo veel smaak het Evangelie las als nu, nu ik by eene Vrouw ben, die godsdienstig is zonder veel uitwendigheid, en ons inprent, dat die wel doet, wel vindt. En daar meê is dat maar uit.

Mooglyk verdient gy geen antwoord, doch ik zal beleeft zyn; ja, hy is myn vriend; en ik vind my met zyne vriendschap zeer verëert. Juffrouw Hartog. Dat kan ik wel begrypen; en die vriendschap doet u ook veel eer. Ik. Juffrouw Buigzaam. Heden; Liefde! wat vraag is dit nu ook? Ik. Juffrouw Hartog zal my, vrees ik, verstaan. Juffrouw Hartog.

Zo kwamen wy dan daar aan, en traden in de zydkamer, alwaar onze waarde Vriendin met Juffrouw Hartog alleen zat. De laatste las, de eerste naaide, en ik geloof, dat er niet veel woorden gewisselt waren. De Heer Edeling sprak nu en dan ook een woord, doch de Sçavante hadt er geen attentie voor; en de Heer R. was te beschaaft, om haar voorbeeld niet te volgen: hy hadt het des met haar heel druk.

Hartog over: De Genoegzaamheid der Deugd; de opinies loopen uiteen en Sara critiseert; zij is 't eens met Edeling. DRIE EN ZEVENTIGSTE BRIEF. Sara verzoekt tante Hofland haar mee te deelen, wanneer ze haar klavier, guitaar en muziek kan laten halen. Ge-eerde Heer en Voogd!

t'Huis komende, verhaalde ik ons avontuurtje aan Juffrouw Buigzaam, en liet haar de stalen zien, die ik by my had. Juffrouw Hartog zette een vieze tronie, en vondt de taffen zeer commun. "Zo, zei ik, en de Heer R. heeft die zeer fraai gevonden." "Kent gy den Heer R., Juffrouw Burgerhart?" "Zo als gy hoort, Juffrouw Hartog." Zy wierdt vriendelyker. "Kent gy dien Heer? vroeg de Weduwe.

Over Pieternelletje Degelijk, dat prachttype van een ouderwetsche meid; over juffrouw Hartog, die kostelijk-typische en innerlijk verdorven blauwkous, met 'r venijnige lastertong en 'r malle inbeelding; over Cornelis Edeling den advocaat; over den geleerden en braven Helmers; over Lotje Rien du Tout , dat prachtbeeld van onbenulligheid; over Stijntje Doorzicht, die verpersoonlijking van aangeboren wijsheid en deugd; over Anna Willis, de min of meer verwaande, zurige, al te bedilzieke en soms sentimenteele vriendin van Saartje.