United States or Colombia ? Vote for the TOP Country of the Week !


HONDERD-DRIE EN ZEVENTIGSTE BRIEF. Aletta Willis-Brunier aan haar man Willem: Sara voedt kleinen Jan verstandig-aardig op. Hun eigen kinderen groeten papa! HONDERD-VIER EN ZEVENTIGSTE BRIEF. Vader Willem aan zijn vrouw: dol gelukkig! Eerwaardige Heer! Ei, wissewasjes, ik weet niet, myn lieve Dominé, waar je van spreekt.

Al was Deine-Meu in d'r twee en zeventigste jaar, haar gezicht had ze nog best, en toen ze den kerl dus aanzag, kon ze een! "Is 't meugelik!" niet weerhouden, want, in den haveloozen man met de verglaasde oogen en den ruigen baard, had ze terstond Pauls vader, Teunis Dissel herkend. "Teunis! Teunis! is 't meugelik!" herhaalde de oude vrouw: "Gij hier.... is 't meugelik! is 't meugelik!!"

NEGEN EN ZESTIGSTE BRIEF. Charlotte Rien du Tout schrijft aan Dirk Welgezint, haar oom: ze wil verhuizen, want het tòcht zoo bij de Wed. Sp. Vraagt ook wat zakgeld. ZEVENTIGSTE BRIEF. Oom Welgezint geeft haar den wind van voren. Ze is precies zoo'n uil als haar vader: Fransche wind! Hij haalt haar door en noemt haar lui. Waarde Juffrouw! Ik vrees neen.

Schorel stond zijn zeventigste jaar in te treden, en werd met iedere zon, die boven zijn komenij ronddraaide, niet alleen gemakkelijker voor zich zelven, maar ook lastiger voor anderen, inzonderheid voor den knaap, die "alles, letterlijk alles aan hem verplicht was."

Hartog over: De Genoegzaamheid der Deugd; de opinies loopen uiteen en Sara critiseert; zij is 't eens met Edeling. DRIE EN ZEVENTIGSTE BRIEF. Sara verzoekt tante Hofland haar mee te deelen, wanneer ze haar klavier, guitaar en muziek kan laten halen. Ge-eerde Heer en Voogd!

Ik hoop, dat ik haar toch nog zal leren spelden , en wat schryven, want het eerste is elendig, immers als zy een opschrift leest, en haar Waschbrief is een Lyst van Toverkarakters. TWEE EN ZEVENTIGSTE BRIEF. Sara verhaalt Anna van een bezoek van Edeling, die in gesprek is geraakt met Corn.

ZES EN ZEVENTIGSTE BRIEF. Papa Edeling schrijft aan Blankaart; van dat huwelijk kan niets komen. Hendrik is Luthersch, zij niet. Afgeloopen. Mejuffrouw! Wel, hoe hebben wy het toch met elkâer? ryd je de witkwast, of maalt je de geest? Denk jy, dat ik zo maar op een dag heen en weêr zo eens over kan komen, om u te zeggen, dat gy Juffrouw Saartje haar Linnen en Muziek zendt?

Het was niet een van die orkanen, die met een snelheid van negentig mijlen in het uur voorttrekken. Het bleef bij hevige stormvlagen, maar ongelukkigerwijze blies de wind altijd uit het zuidoosten, zoodat men geene zeilen kon bijzetten. Toch was het, zooals men zien zal, zeer noodig dat men den stoom te hulp kwam. Den 11den December was de vijf en zeventigste dag na het vertrek uit Londen.

Als letterkundige, wijsgeer, godgeleerde en geneeskundige was hij bijna even groot; zijne matige leefwijze stak bijzonder af bij de zwelgerij en dronkenschap van vele geleerde tijdgenooten, waardoor hij dan ook tot zijn zeventigste jaar eene sterke gezondheid genoot.

PS. Ik hoor, dat Tante zal trouwen met een Heer die er veel in zyn Japon komt; die Heer ken ik; ô my! ô my! 't Is toch grappig ook. VIJF EN ZEVENTIGSTE BRIEF. Hendrik Edeling vertelt Cornelis wat hij zooal gedaan heeft; Sara is een engel! Hij zendt hem Blankaarts antwoord. Maar vader Edeling blijft koppig geen "Noach's ark van gelooven in zijn huis! Nooit!