United States or Wallis and Futuna ? Vote for the TOP Country of the Week !


Ja, gelyk deelen, riep Gus. Je begrypt... wy hebben al de moeite gehad, en daarom... ziedaar, gelyk deelen! De Hallemannetjes waren knap. Gelyk deelen: (20+2

Ook had deze hem vier griften voorgeschoten, welke hy noodig had om z'n hof te maken by lange Ceciel die niet van hem weten wou omdat i 'n insteekpakje droeg. Maar de griften had ze aangenomen, en overgedaan aan Gus voor 'n zoen. De bittere verwyten der Hallemannetjes die zoo byzonder fatsoenlyk waren maakten Wouter wanhopig. Ik heb gevraagd aan m'n moeder, zeide hy, maar ze wil me niets geven.

Ja, ja, polissen! zei Gus, met 'n nadruk die zooveel beduidde als: "ik weet precies wat dat voor dingen zyn. Ik heb er ook in gedaan." Kyk, wat 'n mooie meid! Pst, pst! Hei! Kom 'reis hier! Het dienstmeisje dat zoo hoffelyk werd aangeroepen, spuwde op den grond, en liep door. Het beste wat ze doen kon! Ze hoefde niet de minste kuisheid te-hulp te roepen om zich zedig te betoonen.

Goedenmorgen! groette Eline vroolijk. Wat, ben je al opgestaan? Nu dat is vlug, hoor! Kom je gauw? Dadelijk, ik ben zóó klaar.... Dag Eline, dag Eline! riep een nieuwe stem van buiten. Eline zag uit en bespeurde Gustaaf, een mooi ventje van tien, met een paar brutale, blauwe oogen, een echte straatjongen, met niet te wasschen vuile handen en komiek als een clown. Dag Gus, riep zij.

't Lykt wel of we schooljongens zyn, zoo praat je! Wouter begreep er niets van. De zaak was, dat-i: Halleman had moeten zeggen. Hy leerde dit, en weldra begon-i ook z'n eigen familienaam mannelyker en aanzienlyker te vinden dan: Wouter. Hy zag al zeer spoedig dien Gus voor 'n groot man aan, die 'n breede opvatting van 't leven had.

Zeg Eline, je weet wat je me beloofd hebt? Neen? Je trouwt met mij, en niet met oom Otto, nietwaar? Je hebt het me beloofd, hoor je! Ja, met jou, hoor! Maar Gus, ik moet me kleeden, anders kom ik niet klaar! riep Eline, opnieuw voor den spiegel met heur haar bezig...

En de tuin heette Stad-rust, dus: "Wouter moest maar vragen, dan zou-i 't zeker vinden." Dit was ook zoo. Wie voor 't eerst uitgaat, komt altyd te vroeg. Wouter was op Stad-rust vóór de andere genoodigden, maar Gus en Franssie ontvingen hem vry wel, en stelden hem voor aan hun ouders, die zeiden dat Wouter 'n lief gezichtje hebben zou als-i wat minder bleek was geweest.

Wouter die zich gevleid had hen te zien hygen onder 't gewicht van 'n grooten zak, Wouter die zoo verlangend was te weten of Kris Kloskamp z'n kordate bestelling had volgehouden, Wouter die brandde van nieuwsgierigheid naar den uitslag... och, hy voelde zich bitter teleurgesteld toen-i Gus Halleman ontwaarde, die niet alleen geen zak peperment droeg, maar bovendien 'n zeer ernstig gezicht meebracht.

Wouter wordt op post gezet voor de zenuwen van "mevrouw." Kent de lezer Gus Halleman nog? Verhandeling over het denken. De auteur maakt tenslotte fiasco in colloquia prava.

Zwáár vond-i 't... och, hy was zoo bedrukt, en zou alles zwaar gevonden hebben op dat oogenblik. Fransje stak 't zware pepermentjen in z'n mond, en zei, al zuigende: Ja wezenlyk, heel zwaar... 't is engelsche, weetje? En dan is 'r nog wat... niet waar Gus? 't Fatsoen! Toe Gus, zeg jy 't maar. 't Fatsoen, Wouter! riep Gus bedenkelyk.