United States or Czechia ? Vote for the TOP Country of the Week !


Hoe kom je 'r aan? vroeg Gus, maar zorgde dat Wouter geen tyd had om te antwoorden, en tevens dat-i 't antwoord niet verstond, dat deze gaf door zwygende verlegenheid. Hoe kom je 'r aan zonder vraagteeken alzoo zie, nu zullen Franssie en ik ieder 'n dubbeltje byleggen, dat maakt vierentwintig, en dan koopen wy de peperment. Op de Rozengracht is 'n fabriek... zóó'n zak voor vier schellingen!

Gus werd jarig. Er zouden jongeheeren gevraagd worden, en, o geluk, Wouter was onder de uitverkorenen. Het zou me te vèr leiden, hier te onderzoeken wat Gus en Franssie bewogen hun gewezen kommanditair-deelgenoot in den pepermenthandel voortedragen tot kandidaat-feesthouder.

Wy zullen al de moeite doen, Franssie en ik. By ons op school is meer gelegenheid om te slyten, weetje! Kris Kloskamp heeft er al twaalf besteld hy zal betalen na de vakantie wy zullen ons al de moeite getroosten... jy hoeft niets te doen, Wouter... en gelyk deelen, daar kunje-n-op aan...

...hy gaat van-school, en zal zeker niet weerom komen na de vakantie. Zoo...o...o? Ja, en daarom... en ook... we hebben uitgerekend, Franssie en ik, dat er veel minder in 'n pond gaan dan we meenden, omdat de peperment tegenwoordig heel zwaar is, weetje?

Ook Franssie keek als de deugd. Wel, hoe staat de zaak? vroeg Wouter zonder 'n woord te spreken. Hy was te nieuwsgierig om niet te vragen, en te angstig om die vraag anders te uiten dan door 't geluideloos openen van z'n mond en 't vooruitsteken van zyn gelaat. Hoor eens, Wouter, we hebben ons bedacht... er is veel tégen. Arme Wouter! Daar verongelukten in één schipbreuk z'n geweten en z'n hart.

En de tuin heette Stad-rust, dus: "Wouter moest maar vragen, dan zou-i 't zeker vinden." Dit was ook zoo. Wie voor 't eerst uitgaat, komt altyd te vroeg. Wouter was op Stad-rust vóór de andere genoodigden, maar Gus en Franssie ontvingen hem vry wel, en stelden hem voor aan hun ouders, die zeiden dat Wouter 'n lief gezichtje hebben zou als-i wat minder bleek was geweest.

Hy stamelde: Ja, Gus... ja, Franssie... maar de peperment? 't Is maar, weetje-n om je te zeggen dat we heel erg fatsoenlyk zyn. Ja. Gus. En braaf. Ja...a...a... Franssie! Arme Wouter! En daar je zei dat je geen zakgeld krygt... Ja, Wouter, en weetje, omdat onze pa zoo fatsoenlyk is... als 't winter wordt kan je 't zien, dan gaat-i rond met 'n weesjongen... Ja, en-i schelt aan al de deuren.

't Is maar om 't fatsoen... weetje, Wouter? En als er huisbezoek komt, dan prezenteert onze mama... Ja, dan prezenteert ze madera... heusch, en onze tabakspot is van zilver... , Franssie... maar 't is net als zilver, weetje Wouter? De arme jongen zei maar dat-i 't wist, hopende eindelyk te weten te komen wat-i inderdaad niet wist: het verband tusschen al die dingen en zyn vervlogen hoop.