United States or Indonesia ? Vote for the TOP Country of the Week !


Terwijl ze zoo aan 't praten waren, hoorden ze op eens een luiden gil van De Pinta. Een man op het achterschip wees naar het zuidwesten en schreeuwde zoo hard hij kon: "Land, land! Ik eisch de belooning!" Aller oogen wendden zich naar dien kant en men zag op een afstand van ongeveer 60 mijlen een bergketen met wolken bedekt. Een onbeschrijfelijke geestdrift bezielde al de schepelingen.

De schipper van het transport, een roodharige kerel met een vollemaansgezicht, een mopneus en handen als presenteerblaadjes, kwam naar het achterschip om hen te verwelkomen en niet zoodra waren de kisten en hangmatten aan dek, of het anker werd gelicht en de zeilen geheschen.

"Ik ook niet," betuigde Uncle Prudent. "Maar, luister verder..." "Tot uw dienst, master Prudent." "Ik knoop aan die mededeeling vast, dat des nachts, behalve de roerganger, die op het achterschip staat, niemand de wacht houdt. En toevallig ligt juist een der door mij bedoelde kabels vooruit.

Het kwam er nu nog maar op aan, om hem weer op zijne plaats te brengen, hetgeen nog een uur werk zoude vereischen. Daarna zou de Albatros weer koers zuidwest stevenen en zou men kunnen overgaan tot de herstelling van de schroef van het achterschip. En die lont, die in de hut der vluchtelingen brandde? Die lont, waarvan meer dan het derde gedeelte reeds door het vuur verteerd was!....

"Volk aan de bakboordsstukken en klaar om te wenden!" bulderde kapitein Wilson en haastte zich van de verschansing. "Terdege uitkijken, jongens, en goed gemikt, hoor! We zullen ze die aardigheid eens flink betaald zetten." De Aurora was gewend en loste de volle laag op het achterschip van het Russische fregat.

"Van daar!".... zei Tom Turner, terwijl hij den vinger naar het achterschip uitstrekte. "Van waar?" "Van de achterroef." "Dat meen ik ook." "Ja, van de hut der vluchtelingen." "Zouden die ellendelingen gepoogd hebben brand te stichten?" "O, als het maar brand was!...." riep Robur uit. "Maar, wat dan in Gods naam?" "Trap de deur open, Tom! Trap de deur open!"

Zoodra men de vlammen meester was, ging onze held naar het achterschip en keek over de verschansing naar den gezonken kotter om. "Gascoigne, ga met vier man in de boot ik zie daar op een kwartmijl afstand den kotter drijven: misschien valt er nog iemand te redden; me dunkt, ik zie een paar hoofden."

Door die beweging kreeg men het achterschip beter te zien, waar, onder het hooge gebeeldhouwde en fraai vergulde windhuisje, op een verhevenheid de stuurman zat, een statige figuur in volle wapenrusting. Trompetgeschal weerklonk, en op dat signaal verscheen de bemanning op het verdek, allen in groot tenue, met glinsterende helmen, schilden en speren.

Toen hij dien dag evenwel op dek kwam, vergenoegde hij zich zijne beide gasten te groeten, terwijl hij hen op het achterschip voorbijstapte. Frycollin, met roode oogen veroorzaakt door de slapelooze nachten, welke hij doorgebracht had, met dommen blik en wankelenden gang, was er toe overgegaan, om zich buiten zijne hut te wagen.

Intusschen werd op den kok, uit voorzichtigheid, nauwkeurig het oog gehouden. Overigens kwam hij in zooverre de bevelen van den leerling na, dat hij zich niet meer op het achterschip waagde, waar zijn dienst hem nimmer riep. Bovendien nam men de voorzorg er Dingo aanhoudend verblijf te laten houden, en men weet dat Negoro niet bijzonder op het gezelschap van den hond gesteld was.