United States or Uganda ? Vote for the TOP Country of the Week !


James Burbank stormde naar dat verbrande gedeelte der omwalling, niet zoozeer om het te blusschen, dan wel om het te verdedigen. In dit oogenblik kon men bij het schijnsel der vlammen een man te midden van den rook zien springen, naar buiten ijlen en de ringgracht oversteken, langs de balken die daarover gelegd waren.

Denk u het razend en onharmonisch orchest der smidsen, der pletterijen, der smeltovens, brullende, knarsende, loeiende, kloppende, hamerende: een eeuwige donder, vlammen en bliksemstralend schietende naar alle kanten.

Onder al dit lichten en vlammen en stralen in de van glans en helderheid verzadigde ochtendlucht, mengde zich uit leger en vloot een voortdurend en toenemend oorlogsrumoer.

In de bedstee, waar ze met moeder en vader saam-sliepen, lagen nog twee kinderen. Stank was in de kamer, stank van te veel menschen, stank van den emmer in 't hokje. Het raam stond open. De lampen in den ijzeren hanger brandden laag met spitsing van zuigende vlammen. "Og!" , verweet Dovid, schreeuwrig, vies-kregel: "nòg, dalles-man blièft boven water te komme!

De boer, op die toezegging vertrouwende, bracht de koe naar den stal van den rechtmatigen eigenaar terug, hetgeen niet belette dat hij opgeknoopt werd. De heer van Jollet, verbitterd over deze wraakneming en over de krenking van zijn heerlijk recht, trok naar Ciney dat hij verwoestte, waarop de baljuw Jollet overviel en aan de vlammen prijs gaf. Nu waren de poppen aan het dansen.

"Van 't eerste oogenblik dat hij me gewaar werd, wierp hij me alle vervloekingen der profeten toe. Zijn oogen schoten vlammen, zijn stem huilde, hij hief de armen als om den bliksem neer te halen.

Ik zou dus, meester Nicolaas, met uw verlof willen zeggen, dat deze romance, en Amadis de Galliër uit de vlammen gered moeten worden, en dat de rest zonder verder onderzoek moet worden vernietigd

Ontferm U mijnerToen de vlammen zijn lichaam verteerden, was zijn ziel al in den Hemel. Maar het waren niet alleen mannen, die voor hun geloof durfden sterven, ook vrouwen beklommen onverschrokken het moordschavot. Een van deze was Wendelmoet Klaesdochter, een weduwe uit Monnikendam.

"Toen reden de dappere ruiters het slot binnen, versloegen de krijgsknechten van den boozen ridder, die door dit wonder verschrikt waren, staken het kasteel in den brand, en bleven het bewaken tot het tot asch en puin was vernield; en zij zagen hoe de booze zelf in vlammen verterend in den afgrond stortte.

Het vuur kroop van het centrum der ontploffing langs het dek naar achteren, en de hoog-rijzende toren van zeilen aan den grooten mast ging op en verdween in een gordijn van vlammen. Ofschoon ze niet te zien waren, wisten de twee mannen, dat vóór op het schip de voorzeilen nog trokken. "Als al de zeilen maar niet wegbranden vóór dat we binnen zijn", gromde de kapitein.