Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 26 oktober 2025


"Ik weet dit," hervat Bentinck, "doch ook, dat de gewichtigste maatregelen aldaar nog met uwe voorkennis genomen zijn. Intusschen, de Heer De Wildt is bij machte, aan de Heeren, gelijk Z. Ed. dit reeds aan mij gedaan heeft, volkomen opgave te doen van de hier en elders verkregen uitkomsten." "Met genoegen," zegt De Wildt, "indien de Heeren 't mij vergunnen.

Is den swaerm te kleyn, dan niemt de moer met eenige byen, maer dese is niet nootsaekelyk om gevangen te lyggen, want dese byen syn by haer eygen moer, waermede sy lygtelyk tevriede syn. De overige byen werpt gy by den swaerm die gy lappen wildt. Hoe dese moeren moeten gebruikt worden sal in het vervolg geleert worden.

Des avonds, ter maaltyd uitgaande, ontmoette ik den zelfden Neger, die eensklaps bleef staan, en my zeide: "Massera, gy zyt een man, een braaf man; wildt gy eenig geld aan Capitain FORTUNE geven"? Het op een barssen toon aan hem geweigerd hebbende, kustte hy my de hand, en vertoonde my zyne tanden, tot een blyk van verzoening, zoo hy my zeide; en hy beloofde my, om my pistache-nooten ten geschenke te zenden, die echter nooit gekomen zyn.

Ik had ook wyn, Jamaicasche rhum, thee, suiker, en een kistje met spermacetie-kaarssen. De heer KENNEDY had my van zyne Plantagie Vriedyk twee fraaije vreemde schapen en een varken gezonden. De moeije van JOANNA gaf my twee douzyn verschillende zoorten van gevogelte; de groenten en vruchten, het wildt en de visch ontfing ik van alle kanten.

De Indianen, of inboorlingen van Guiana, hebben allen honden, waar van zy zig tot de jagt bedienen. Deeze dieren zyn mager en klein, zy hebben kort hair van eene vuile witte kleur, een langwerpigen snoet, en recht op staande ooren; zy zyn zeer bekwaam om het wildt op te spooren; maar zy hebben alle de gebreken van de kleine jagthondjens.

"Ik had er iets van gehoord," antwoordt De Wildt met een glimlach, "en daarom ook zorg kunnen dragen, dat, van heden af, bij tusschenpoozen, om geen opzien te verwekken, niet alleen dagelijks eenige schepen kunnen vertrekken, maar dat bovendien ieder schip zal voorzien zijn van ettelijke gewapende sloepen, bekwaam om bij eene landing gebezigd te worden, en van andere vaartuigen, om voor branders of adviesjachten te dienen; terwijl ik tevens onder de hand door vertrouwde lieden onderscheiden galjoten en fluiten heb doen huren, tot transport voor krijgsvolk, paarden, vivres en ammunitie.

"Hoe maakt het de Heer Secretaris?" vraagt Geelvinck, aan De Wildt de hand reikende: "wij zien elkander tegenwoordig, tot mijn leedwezen, zelden meer." "Ik wenschte," zegt De Wildt, "dat dit leedwezen zoo groot ware, dat zich de Heer Geelvinck genoopt voelde, bij de Admiraliteit terug te keeren, die hij ter kwader ure verlaten heeft."

Indien zy te water reizen, gaan zy doorgaans tegen den stroom, om het wildt, het welk zy op de boomen, of aan den oever zien, des te gemakkelykcr te kunnen dooden; indien zy met den stroom mede roeiden, zou de kragt van 't water hen noodzaaken om gezwind voort te gaan.

Het scheen derhalven, dat zy in wanorde waren, zoo zy al in 't kort eenig vast verblyf gehad hadden; maar waar konde men hen in dit eindeloos bosch ontdekken? Daar kwam het op aan. De Colonel wanhoopte echter niet, dit te zullen doen. In de daad, hy stelde den zelfden yver te werk om hen te vervolgen, als voorheen, om de schuilhoeken van het wildt te ontdekken.

"En dat nader bevel vond gewis mijn wakkeren vriend niet onvoorbereid," viel Geelvinck in, wel wetende, hoe, in al wat het zeewezen betreft, Willem III, evenals vóór hem Jan De Witt, niets besluit of beveelt, zonder voorafgaand overleg met De Wildt.

Woord Van De Dag

slonsige

Anderen Op Zoek