United States or Tanzania ? Vote for the TOP Country of the Week !


"Al had ik u verkeerd verstaan," zeide Adeelen: "dat was geene zaak om daarover alarm te maken, althans daar wij allen meer of min door den wijn verhit waren." "Veroorloof mij, u te doen opmerken," zeide de Abt, "dat noch de edele Olderman, noch ik, noch Broeder Syard eenigszins de grenzen eener betamelijke welvoeglijkheid zijn te buiten gegaan."

Neen! met hun kan hij, die vrij en voor de vuist is, niet te regt; en hoe zeer onbeschoftheid zeer onaardig is, ik heb nog liever met een' grooten lompert te doen, dan met sommige lieden, die uitermate vriendelijk en wellevend zijn; want die soort van vriendelijke wellevendheid, die wij hier aantroffen, vindt men juist niet zeer algemeen, en vooral niet in de groote steden van Frankrijk, anderzins om de beleefdheid en welvoeglijkheid zoo beroemd; en daar de vriendschapsbetuigingen, uitdrukkingen van deelneming, van medelijden, of vreugde, van dienstaanbieding en diergelijk, even eens geleerd worden als het A. B. C., waar eene wel opgevoede Dame zich te gelijker tijd bezig houdt met de klagten van eenen ongelukkigen aan te hooren, daar over tranen te storten, en eene kleeding voor het naaste bal aan hare modekraamster te bestellen, of een' brief van rouwbeklag over het afsterven van eene harer beste vriendinnen te schrijven, en onderwijl ook de aankondiging van eene nieuwe Opera te lezen; doch keeren wij tot de beschrijving van dien bekoorlijken lusthof weder terug.

Spoedig echter ontving Reede bericht van de Douairière, dat het weinig moeite zou kosten, om aan Ulrica de laatste hand te leggen en haar tot eene in allen deele volmaakte jonkvrouw te maken, daar de natuur haar niet alleen wat vernuft, karakter en schoonheid betrof, moederlijk bedeeld had, maar haar bovendien een zeker iets geschonken had, hetwelk anderen niet dan na jaren oefening verkrijgen kunnen; een zeker aangeboren gevoel, dat op zijn pas zwijgen en spreken doet, dat over alle daden en gezegden een fijn waas van bevalligheid, van smaak, van welvoeglijkheid weet te verspreiden, dat de houding gemakkelijk en los zonder wildheid, zedig en bescheiden zonder stijfheid maakt: een zeker iets, een ick en weet niet wat, hetgeen behaaglijk en beminnelijk maakt en het eenige is dat ook nu nog, in onze eeuw van gelijkheid, een kennelijk en onoverkomelijk onderscheid maakt tusschen de welgeboren en welopgevoede vrouw.

De Gravin sloeg op hare beurt de oogen neder en beet zich op de lippen: de uitval des Barons mishaagde haar, en gaarne had zij dien beantwoord; doch zij had te veel gevoel van welvoeglijkheid, om zich een scherpe uitdrukking tegen een voor 't overige zoo vriendelijken gastheer te veroorloven.