United States or Comoros ? Vote for the TOP Country of the Week !


Haar oever was hier en daar door bevallige bosschages bezet, wier welig groen de laatste stralen der ondergaande zon met liefelijke tinten kleurden.

De boomen met afvallende bladeren nemen in die tweede phase eene groote vlucht, zonder dat echter de palmen ontbreken, die nog welig tieren voorbij 50° N.B., dus nog in het noorden van Frankrijk, noch de kamferboomen, wier noordelijke grens voorbij 55° ligt. De periode eindigt met eene uitdroging der groote meren en het ontstaan van groote stroomen, waarop de molasse zee volgt.

Hier en daar dreigde een muur ineen te storten; tusschen de steenen op het voorplein schoot het onkruid welig omhoog en de kettingen van de ophaalbrug maakten een akelig knarsend geluid, toen deze neergelaten werd om Balin en zijne beide gezellen binnen te laten. Toegelaten in de groote slotzaal, vonden zij daar een talrijk gezelschap bijeen.

Winnetou volgde den breedste van die stroomen, waarvan het dal wel een kwartier gaans tamelijk breed was, en dan eensklaps in een rotsengte uitliep waarachter het zich weer verbreedde en een welig groen grastapijt vormde. Toen men de engte door was, hield hij halt, en zei: "Hier hebben wij een uitmuntende plaats om te rusten en te eten.

Dat het bijgeloof dan ook welig onder hen tierde, behoef ik niet te zeggen, maar wèl, dat dit evenzeer het geval was aan »de Huizen".

Zelf nam hij een boot, en roeide zes mijlen ver de rivier op. Hij ging aan wal en klom op een steilen oeverkant, waardoor hij flink in het rond kon zien. Er was, hoe ver hij ook keek, evenwel niets te zien dan een groote menigte boomen, die welig in het wild groeiden en een dicht loover vormden.

Op den harden koraalbodem waarop somtijds maar weinig aarde en humus lag, groeiden die boomen toch, met hun wortels in de vele spleten en gaten der karang vastgehecht, welig.

Het was geen romantische, maar een echt mooie streek. Bergen waren er niet; des te aangenamer vonden wij aan weerszijden van den weg de lommerrijke bosschen, waaronder enkele met nimmer dorrend loof. Wij kwamen door prachtige boomgaarden, waar de zuid-vruchten welig tierden.

En gaat gij dan uit spelemeien, Waar 't voorgeslacht reeds vreugd in vond, Dan leert ge er in de gulle reien De waarheid van 't "goed Zeeuwsch, goed rond"! Dan klimt gij op de hooge duinen, De vesting, die het land omzoomt, En schouwt met wellust van hun kruinen Het welig groen en dicht geboomt.

Daarachter, aan de overzijde van het dal, de veelkleurig getinte reuzen van graniet, als met guirlandes van groen getooid door de afhangende twijgen van het heestergewas en van de slingerplanten, die in hun spleten zoo welig tieren.