United States or Luxembourg ? Vote for the TOP Country of the Week !


Heerschende ziekte en groote sterfte. Jan Adriaan Baron van Zuijlen van Nijevelt Gouverneur. Begin van het aanleggen van Straatwegen. Afscheiding van België. Algemeene volkswapening. Verbeteringen in Frieslands Waterstaat. Gewijzigde Grondwet. Willem II Koning. Maurits Pico Diderik Baron van Sytzama Gouverneur. Opheffing van het Rijks Athenæum te Franeker.

Het ministerie werd ten slotte voltallig door den zeekapitein Cohen Stuart voor Marine, generaal Staal voor oorlog en voor Waterstaat door den heer Kraus, beroemd ingenieur en professor en rector-magnificus aan de Technische School te Delft, die deze benoeming niet aanvaardde dan onder de voorwaarde om in Chili de belangrijke werken te mogen uitvoeren, welke de regeering van dat ver-verwijderd land hem had opgedragen.

De Inspecteur van den Waterstaat J. A. Beijerinck, die in 1866 op uitnoodiging van de Maatschappij voor Grondkrediet een nieuw ontwerp opmaakte, dat onder den titel »Proeve van een ontwerp tot afsluiten, indijken, droogmaken en in cultuur brengen van een gedeelte der Zuiderzee" in het licht verscheen, liet dan ook den IJssel buiten de bedijking, en stelde voor een afsluitdijk te leggen van Enkhuizen over Urk naar den Ketelmond, waarachter de geheele afgesloten watervlakte zou worden drooggemaakt.

Om zijne taak te vergemakkelijken, maakte een koninklijk besluit van den 11en September 1905, het bestuur van Landbouw, Nijverhandel en Handel los van het departement Waterstaat om daarvoor een afzonderlijk ministerie te vormen, het welk de heer Veegens, oud-redacteur van het Vaderland, verkreeg, een Vrijzinnig-democraat, wiens richting grensde aan het Socialisme.

»Men schijnt hier geheel de lessen der praktijk, ons door het Katwijksche kanaal en de aldaar gevestigde sluizen gegeven, te vergeten: vier eeuwen lang sprak men over de weder-opening van den mond des Rhijns bij Katwijk, tot verbetering, tot herstelling van Rhijnlands waterstaat; de theorie sprak luid, en toonde, hoe alles met die weder-opening zoude gered zijn: ten koste van millioenen schats, waaronder Rhijnlands ingelanden lang zuchtten, werden die schoone sluizen, de bewondering des vreemdelings, gesticht en het kanaal gegraven, en wat heeft nu de ondervinding geleerd?

Cort van der Linden voor Justitie, de heer Cremer voor Koloniën, de heer Lely voor Waterstaat; de Oud-liberalen werden er vertegenwoordigd door den heer de Beaufort voor Buitenlandsche Zaken, en boven hen zweefde de verzoenende en beschermende glimlach van den minister van Financiën, den heer Pierson.

»Wat de verdere werken enz. ." De Heer Romme was de derde spreker, en zeide: »Evenmin wil ik, door de afstemming der onderwerpelijke Wet, gehouden worden als tegen het droogmaken der Haarlemmer Meer op te treden; ook deze onderneming beschouw ik als nuttig en wenschelijk, en zoude mij aangaande de mogelijke uitvoering van dat belangrijke werk op de ervarenheid en het beleid van de directie van onzen algemeenen waterstaat willen verlaten; maar dewijl bij deze onderneming algemeene, gewestelijke en plaatselijke belangen betrokken zijn, zoo behooren ook deze in verhouding tot het voordeel, hetwelk de onderneming eventueel voor hen kan doen ontstaan, of den last, waarvan zij dien ten gevolge ontheven worden, daartoe bij te dragen.

Intusschen is in de begrooting van uitgaven op de door de Staatscommissie noodig geoordeelde tegemoetkoming gerekend. Het ligt in de bedoeling de uitvoering van de werken, met uitzondering natuurlijk van die ter voorziening in de defensiebelangen, te doen geschieden onder toezicht van de ambtenaren van den Waterstaat.

»Is ten allen tijde in ons vaderland het groot belang, hetwelk de ingezetenen hebben in den waterstaat, in vaarten en wegen, levendig gevoeld; zijn in het bijzonder de menigvuldige bedijkingen, en de in de laatste jaren aanmerkelijk vermeerderde en verbeterde vervoermiddelen daarvan sprekende bewijzen; het heeft ons dan ook niet kunnen bevreemden, dat de Regering hare aandacht gevestigd heeft, zoo wel op het droogmaken en in eenen vruchtbaren grond herscheppen van eenen grooten, van tijd tot tijd in uitgebreidheid toenemenden, en daardoor dreigenden waterplas, als op het meer snel en minder kostbaar vervoer van personen en goederen over ijzerbanen, die reeds in andere landen in gebruik zijn gesteld.

C. J. Bolten, Ingenieur der 1e klasse van den Waterstaat te Leeuwarden. D. W. Bosch Dzn. te Amsterdam. E. F. van den Bosch Pz. Rijks Veearts te St. Anna-Parochie. J. Bosscha, Hoogleeraar te Amsterdam. Mr. P. Bosscha, Hoogleeraar te Deventer. H. T. Bosma, Landbouwer te Smalle-Ee onder Boornbergum. Sake J. Bosma, Mr. Timmerman te Follega.