Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 27 oktober 2025
En allen zongen zij, kleinen en grooten, het goede, gezegende kind en de arme veldbloem, die daar verwelkt gelegen had, weggeworpen in het vuilnis, onder het ontuig van den verhuisdag, in de nauwe donkere straat. Daar was eens 't is al vele jaren geleden een keizer, die zoo ontzaglijk veel van nieuwe kleeren hield, dat hij al zijn geld uitgaf om mooi gekleed te gaan.
Zijn vleesch is, als het goed wordt toebereid, blank en smakelijk." "De meeste dezer Vogels houden zich op in het schrale kreupelhout langs het strand, waar de bodem zandig is en overblijfselen van takjes, bladeren, schelpen, zeewier en dergelijke in overvloed gevonden worden. Van al die vuilnis maken de Loophoenderen ontzaglijke hoopen."
Wanneer zij opspeelde, lachte hij; en als zijn vader dreigde, kwam er vuur in zijn oogen. "Dat is een nagel aan mijn doodkist" jammerde zij. "Vrouw," troostte Stoffels haar uit de verte, "je hebt het zelve gewild!".... In 't begin was Willem verlegen geweest om zijn roetzwarte handen en de vuilnis die bij 't werk ging kleven op zijn gezicht.
Al deze kamers zijn ledig; in de gangen liggen hoopen vuilnis; de porseleinen tegels, waarmede de muren van de binnenplaats bekleed waren, zijn op den grond gevallen; op sommige punten zijn de muren zelven ingestort ten gevolge van de aardbevingen.
De helleveeg plaste er op los als eene Hollandsche schoonmaakster makende, gelijk deze, meer vuilnis dan schoonheid met haar flodderen. De lucht werd al grauwer; ras daalde de schemering; in de verte begon onheilspellend de donder te grommen.
Languit op een mat lag een man, pas terug van de sawah, waar hij met zijn buffels den geheelen werkmorgen, van zes tot elf, had geploegd, siësta te houden. Wat rondom stonk was erger dan een mestvaalt; maar hij, de armen onder het hoofd, lag daar in schaduw en niets-doen, te neuriën van onuitsprekelijke tevredenheid. En, eigenlijk waarom ook niet? Waarom zou vuilnis vroolijkheid weren?
De straten werden goed schoongehouden, de »hoopen vuilnis« waarover burgerlijke bladen in Europa af en toe sensatieverhalen opdisschen, zag ik nergens, ook niet op de binnenplaatsen der huizen, waar ik toevallig kwam. Een bulgaarsche doktores, die een speciaal onderzoek naar de hygiënische dingen instelde, vertelde mij, dat de rioleering goed in orde was.
Dat te doen met geestelijke, zedelijke of physieke waardigheid komt mij onmogelijk voor. Het met blijdschap te zien doen zoû verbijsterend zijn. De mensch is voor iets beters geschapen dan het opjagen van vuilnis. Alle dergelijk werk behoort door machines te geschieden. En ik twijfel er niet aan of het zal zoo komen.
Potscherven, vuilnis en allerlei vloeibare stoffen vereenigden zich daar, want die put was als de gevangenis: daar kwam terecht al wat de maatschappij wegwerpt of voor onnut houdt; iets dat daar in valt, hoe goed het ook geweest is, is voor goed verloren. Toch raakte de put nooit verstopt.
Men zegt, dat hy van huid verandert, even als de krabben van schelp veranderen. Men vindt hem meestäl op oude boomen, oud huisraad, en ook dikwils onder het vuilnis, en in het drooge gras. Onder de ongelukken, welken ik hier zag, moet ik niet vergeten het verlies van eenen zee-soldaat, die, zig in de Rivier badende, door eenen grooten Kayman eensklaps wierd naar den grond getrokken.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek