United States or Venezuela ? Vote for the TOP Country of the Week !


Geleerden zijn van oordeel, dat een deel van het vlaamsche volk, langs de zeekust gezeten en in de lage landen daaraan palende, van frieschen oorsprong zy. En zy verklaren op deze wyze het voorkomen van dezen maagschapsnaam onder de hedendaagsche Vlamingen. Er is veel, dat sterk voor deze zienswyze pleit.

De Vlamingen hebben hem veel te danken, daarom ook verwierf hij den eerenaam van: "Vader der Dietsche dichters." Een Verhaal van Lijden en Tranen. Op eenen Zondag van het jaar 1281, bij het vallen van den avond, stapte een Minderbroeder door de straten van Gent en haastte zich merkbaar om zijn klooster te bereiken.

Dat evenwel zoo vele zuid-nederlandsche geslachtsnamen die oude spellingen vertoonen, terwijl men zoo zelden noord-nederlandsche namen in dat verouderde gewaad ontmoet, vindt zyne oorzaak in de omstandigheid dat de Vlamingen en Brabanders in de middeleeuen en in de eerste eeu van den nieuen tijd reeds vaste geslachtsnamen voerden, terwijl de Noord-Nederlanders zulke namen toen, in den regel, nog geenszins hadden.

Maar de Veldheer was al te zeer door spijt en woede ingenomen, om op die wijze raad acht te geven; hij schreeuwde met grammoedigheid: "Bij de duivel, Konstabel! Dit is een Lombardenraad. Zijt gij bang van die hoop wolven, of zoudt gij van hun haar hebben?" Hierdoor wilde hij te kennen geven dat de Konstabel de Vlamingen beminde en, ter schade van Frankrijk wellicht, begunstigen wilde.

Gwyde en Arnold van Oudenaarde met nog enige der moedigste Vlamingen hadden hem van nabij gevolgd. Hij poogde in die verwarring de groene veder van Adolf van Nieuwland bij de Standaard te ontdekken, doch tevergeefs; het scheen hem echter na een ogenblik dat hij dezelve wat verder tussen de Vlamingen ontwaarde.

Maar neen, wij zullen overwinnen, dit weet ik. De zwarte Leeuw van Vlaanderen kan niet vergaan. En ziet of wij het recht niet op onze zijde hebben? De Fransen hebben ons land uitgeplunderd, onze Graaf en de Edelen, de bloem der echte Vlamingen gekerkerd. Philippa hebben zij met venijn vergeven, onze stad Brugge hebben zij verwoest en de eerlijksten onzer broederen op eigen grond gehangen.

Bij zijn vertrek had de koning van Frankrijk den veldheer Gervaas Van Praet gelast de belegering voort te zetten, en de vaste hoop uitgedrukt dat, eer eene week verloopen ware, alles te Brugge zou gedaan zijn en de Vlamingen hem in Kerlingaland zouden komen vervoegen, indien de oorlog daar niet met eenen enkelen slag wierd beslist en gesloten.

Te midden in een dicht woud, en ver van de woningen der landlieden gelegen zijnde, was het zeer zelden dat de voeten van een mens de wilde gewassen dezer puinhopen vertraden, te meer daar het gedurig gekras der nachtvogels de bijgelovige dorpelingen had doen denken dat de zielen der gesneuvelde Vlamingen om wraak of lafenis kwamen roepen.

Tevens trachtte ook Willem II Bertold van Mechelen zijn voordeel te doen, en viel met een leger in Noord-Holland, dat hij veroverde tot Medemblik toe. Spoedig moest hij echter wijken voor Jan van Avennes, die overal, als de neef van Jan I, met gejuich werd begroet. Ook de Vlamingen, die op aanstoken van Van Borselen in Zeeland gevallen waren, trokken, voor zijne macht beducht, terug.

Maar wij, Vlamingen, die nu ijveren om den roem der vaderen weder uit de verdonkerde kronieken op te graven, zouden wij niet met eerbied en dankbaarheid de kloeke mannen van Vlaanderen gedenken, wier bloed zoo overvloedig en eeuwen lang heeft gestroomd voor 's volks ontslaving en voor 's lands onafhankelijkheid?