Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 14 juli 2025


Op het meer, dat is doorzichtig als glas, zullen wij spelevaren op een vlot met tal van toortijtsen om ons rond en wij zullen zweven op glanzende muzijk tot aan de maan.... Komt gij niet mede, o Gawein? Gawein, moedeloos, glimlachte en stapte in. De wagen begon te snorren, bewoog rukkende vooruit en snelde weg, voorbij Koning Mirakels burcht, voor dat Gawein het zich bewust was.

Maar tal van knapen staken tal van toortijtsen en stallichten aan op gouden kandelaren en zij gingen om met bekkens van goud en kannen van goud en schonken het geurige water en boden de dwale om zich de vingers te drogen.

En toen trad tusschen de edelvrouwen maar de Koning had streng bevolen alle de schoothondjes op te sluiten, om het plechtige instant niet te storen Ysabele naar buiten: zij was meende Gawein en Gwinebant meende het ook in haar witte kleed van sindaal met hare gouddraad-gelijke vlechten, een engel gelijk, zoo blank en zoo glanzend in dien den walm uitstralenden gelen gloed der toortijtsen en zij bedankte de ridders ook met hare eigene zoete sprake en toen zij bogen voor haar, ontroerde het in ieders binnenborst, omdat zij gevoelden gezworenen ridderplicht wel te zijn na gekomen en, met Sinte Marië's hulpe, zoo zoete princesse te hebben verlost met, te gelijker tijd, zoo vele bekoorlijke edelvrouwen...

En toen de baroenen en ridders den paap eerbiedig lieten uit gaan met de zes knaapskens, die al van vigeliën zongen, bekruisten zich de dappere wiganten en reden toen binnen, alle de bruggen over, alle de poorten binnen en zij werden met groot gejuich ontvangen op het burchtplein; daar viel al de nacht maar het was er licht van de vele toortijtsen en de koning Assentijn stond er onder de linde op zijn troon en ontving met open armen Gawein; dien drukte hij aan zijn hart en hij zeide, dat alles vergeten was van vroeger, alle wrok en nagepeize, over de eerste Ysabele, die Gawein had ontvoerd en over de vierwerf twintig man, die hij Destijds aan elk der twaalf poorten verslagen had.

En Ysabele, de zoete, ontzette, maar Gawein vertelde haar, dat de geest van een ridder, dien hij eenmaal gered had, hen beiden uit den kerker bevrijd had.... En al het vreemde en ongewone spookte om hen beiden heen, in het nauwelijks door de vlammende toortijtsen der hen vergezellende knapen opgelichte schemerduister: de atmosfeer van het Destijds, terwijl zij zochten naar het Scaec en het niet vonden.

Woord Van De Dag

estes

Anderen Op Zoek