Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 21 november 2025


Maar thans zat de tong hem als gekluisterd, de wijn smaakte hem flauw, het eten zouteloos. Telkens nog hoorde hij den nagalm van die maning: »Het kind kan ziek worden. Het kind kan sterven." Bij het slapen gaan zelfs, las hij met gesloten oogen weer de ongeschreven woorden in het naschrift van dien brief: »Reis niet te vèr weg! Keer liever huiswaarts, vader!"

De waspropjes werden uit neus en ooren verwijderd, de mond geopend met een tusschen de tanden geschoven mes, en de tong naar voren getrokken. De oogleden werden ingewreven met gesmolten boter, en geopend; de oogen waren nog dof en strak. Weldra vertoonden zich stuiptrekkingen, de neusvleugels bewogen, de spieren spanden zich. Op dat oogenblik goot een dienaar Haridas gesmolten boter in den mond.

Maar nu zag hij zooveel heerlijke visch, dat hij bijna niet wist, welke het eerst te scheppen. Hij smakte met zijne tong tegen zijn verhemelte bij het vooruitzicht van het lekkere middagmaal, dat hem wachtte. En hij zag in het geheel niet, dat de boot thans reeds op een betrekkelijk flinken afstand van den walkant dreef.

De netelen nemen toe; ze wassen dicht ineen; ze worden als een hegge en woud om hem; en ten leste wordt het in zulk een verdorven hart in letterlijken zin, wat Salomo van den akker zeide: met netelen overdekt. Die daar zeggen: Wij zullen de overhand hebben met onze tong; onze lippen zijn onze! wie is heer over ons? Psalm 12:5.

Tegelijkertijd had in haar verbeelding een gevaarlijke slang uit een der liefelijkste bloemen de giftige tong naar haar uitgestoken.... Archibius maakte nu de opmerking dat hij zich wel herinnerde, hoe Antonius evenzeer haar bij die gelegenheid had aangesproken, en dat de koningin ook niet van vrouwelijke zwakheid vrij te pleiten was.

En daarom klaagt Gods volk uit de diepte van het gewonde hart, en roept het uit: We zijn des spots veel te zat! Want, dat spreekt vanzelf, een kind van God is niet opeens door den spot vermand. Als die spottende, sarrende, tong pas begint, dan weet Gods kind wel: Nu moet ik op mijn hoede zijn, en neemt het zich zeer ernstig voor: Ik zal een wacht voor mijn lippen zetten.

Zoo is de Majesteit des Heeren voor ons verkleind en ver naar den horizont van ons leven weggedrongen; maar hoog en breed is de majesteit van ons eigen ik opgericht. Zooals Asaf het in Psalm 73 teekent: »De hoovaardij omringt den mensch als een keten, zijn tong wandelt op de aarde, en hij gaat de inbeeldingen des harten te boven

Een zal laten klinken dat hij als een spons vijfenvijftig jaren heeft vastgezeten aan dezelfde plaats; een bewijzen dat hij door het gestadig metten-zingen heesch, een dat hij door de eenzaamheid stompzinnig, een dat door het stelselmatig zwijgen zijne tong stijf geworden is.

Hij was voor Mattia, die zijn vingers, zijn lippen, zijn tong en zijn keel brandde, maar dat kwam er niet op aan; hij dacht er niet aan dat hij zich brandde. ! hoe lekker! riep hij met vollen mond. Toen was het mijn beurt om mij te branden, en evenmin als Mattia voelde ik iets van de pijn.

De jeugdige Balder groeide verwonderlijk snel op, en werd vroeg toegelaten tot de vergadering der goden. De god van het licht was goed thuis in de wetenschap der runen, die op zijn tong waren gesneden; hij kende de verschillende krachten van de kruiden, waarvan een, de kamille, "Balders voorhoofd" heette, omdat haar bloem even vlekkeloos zuiver was als zijn voorhoofd.

Woord Van De Dag

kei

Anderen Op Zoek