Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 21 juni 2025
"Luister! de man heeft, ik weet niet hoe en waarom, in een kerker ergens in het Sticht gezeten.
De zoetwaterhydra, die gewoonlijk eenzaam is, sticht koloniën, als men haar plaatst in eene omgeving van eene hooge temperatuur en rijk aan voedingsstoffen. Is dit niet een krachtig bewijs voor de veranderlijkheid der soorten?
Maar ook zij, die in den beginne niet van krijg hadden willen hooren, zagen zich, nadat Reinout, op hun verzoek, hun de gronden van zijn raad nader had toegelicht, gedwongen te erkennen, dat er geen andere uitweg ware, dan krijg te voeren; en dat het in dat geval beter ware, den vijand aan te tasten, nu hij nog in strijd gewikkeld was, dan te wachten, dat hij het Sticht ten ondergebracht had.
Maar men denkt aan iets anders. De tegenwoordige handelwijze sticht kwaad, terwijl ze goed wil doen. De bedoeling is goed, het resultaat is treurig. Men meent de stad te zuiveren, en verzwakt de bevolking. Een riool is een misverstand.
Deze kwam overeen met die van een Paard in den draf. Er is geen twijfel aan, dat de Mol door het wegvangen van Regenwormen, Veenmollen, engerlingen en andere schadelijke dieren veel nut sticht; hij moet daarom op alle plaatsen, waar men de door hem opgeworpen hoopen gemakkelijk uit den weg ruimen kan, als een der nuttigste Zoogdieren aangemerkt worden.
Weldra onderwierpen zich de Geldersche Staten, van alle zijden bestookt, aan den Aartshertog, die nu met zijn Gemalin in de meeste steden plechtig werd gehuldigd. Wel bleef Arnhem nog in handen van Jan van Kleef; maar het liet zich aanzien, dat die stad, zoowel als het Sticht, op den duur aan de zegevierende wapenen van Maximiliaan geen weerstand zoude kunnen bieden.
Gij, die niet beseft dat voor elken Christen-geest, in haar kleinen werkkring bezig, welke die ook zijn moge, dit sterfelijke leven te kort is voor al het oneindige nut dat hij sticht en kan stichten. Niet te weten dat geen berouw, hoe groot ook, al de ongebruikt gelaten gelegenheden tot goeddoen kan goed maken. En dit alles heb ik gedaan, heb ik gedaan!"
Het grootste deel is te vinden in de middelste streken der Nederlanden, in westelik en zuidelik Gelderland, in het Sticht van Utrecht, zuidelik Noord-Holland, Zuid-Holland en Noord-Brabant. Het allermeeste in getal treft men deze namen aan in de groote hollandsche steden, daar by te Utrecht, Arnhem, enz; vooral ook te Rotterdam.
Als de Prins, met de Keizersche en Spaansche Bondgenooten den vyand buiten 't Land lokte, om van krygsbodem te veranderen, in 't Sticht Keulen en elders waren ingevallen; zo wierden de Franschen daar door genoodzaakt, hunne veroverde plaatzen weder te verlaaten, gelyk zy dit jaar alles verlieten, behalven de Graaf.
In dezen oorlog maakte een van des Burchtgraven verwanten, Heer Lodewijc van Montfoort, zich door een wakker feit van wapenen vermaard: By een inval van die van Oudewater in 't Sticht, trok Lodewijc in der haast te Montfoort zoo vele manschappen samen, als er uit de verdedigers van slot en stede gemist konden worden, en voerde deze luttele bende, alleen uit voetknechten bestaande, den vijand tegen.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek