Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 28 juli 2025


Ik gons en brom den ganschen dag, zonder dat het mij aan lucht ontbreekt. En loopen kan ik ook. Daar heb ik als koninklijk Saksisch onderkoddebeier bewijzen genoeg van gegeven." "Maar tegen dien Indiaan met zijn lange beenen zult gij niet opgewassen zijn." "Hum! Dat zullen wij zien." "Ze noemen hem het Springende Hert; dus snelheid in het loopen, vlugheid ter been is zijn voornaamste eigenschap."

Niet zelden vinden wij op de Engelsche kaarten, even als in de Engelsche woordenboeken, plaatsnamen, die van Noorweegschen en Deenschen oorsprong zijn. Veel ook in de Engelsche uitspraak van Germaansche woorden, schijnt niet Saksisch of Duitsch, maar Skandinavisch te zijn.

Want moge het Saksisch karakter weinig rimpeling vertoonen aan de oppervlakte, het meet groote diepte en bergt een schat van zonnewarmte.

Dit kasteel heeft, sedert tien jaren, alleen opengestaan voor den losbandigen Normandischen kapelaan, die de nachtelijke zwelgerijen van Front-de-Boeuf deelde, en hij is reeds lang heengegaan, om rekenschap van zijn ambt te geven. Maar gij zijt een Sakser, een Saksisch priester, en ik heb u eene vraag te doen."

"Gij hebt goed gesproken," hervatte de roover in het Fransch, daar hij het waarschijnlijk moeielijk vond, een gesprek in het Saksisch vol te houden, dat Rebekka in die taal begonnen was; "maar weet, schoone lelie van het dal Baca, dat uw vader reeds in handen is van een machtigen alchymist, die het geheim kent, om zelfs de verroeste staven van een gevangenis-haard in goud en zilver te veranderen.

Ik ben de meening toegedaan, dat men de gans kan beschouwen als een Saksisch stamdier, waarop m.i. ook het liedje uit Westerwolde wijst: Er kwam een gans uit Sassen, Uit Sassen kwam die gans, Hij was zoo wel gewassen, Gewassen was die gans. Voor een groot deel van ekonomischen aard is ook de Sint-Maartensdronk. In de volksrijmpjes heet het: Sint Martijn, Sint Martijn, T' avond most en morgen wijn.

Het begin van den inval der Saksers in ons land kan op grond van archaeologische gegevens gesteld worden op korten tijd na het begin onzer jaartelling: tal van resten van vaatwerk, die een Saksisch karakter vertoonen, zijn gevonden in Twente en Drente, en ook sporadisch verder westwaarts.

Er is geen tweede van de Duitsche Middelgebergten, dat zoo geschikt is, om aankomende Alpinisten te maken tot flinke bergbestijgers als Saksisch Zwitserland, de parel van het koninkrijk Saksen, een Alpenwereld in het klein.

De Schotten zeggen, meer in overeenstemming met de saksische Nederlanders, neebor. Onder dezen form komt dit woord voor in de gedichten van Burns, die in den schotschen tongval van het saksisch zijn opgesteld. Zoo zijn ook de geslachtsnamen Nieubuur en Niebuur tegenhangers van Ninaber en Nienaber, en met dezen van de zelfde beteekenis; te weten: nieue buurman.

"Bij den heiligen Anthonius!" antwoordde de sombere reus, "ik sta toe, dat uwe Hoogheid mij voor een Sakser houde, zoo Cedric, of Wilfrid, of de beste, die ooit Saksisch bloed in de adren had, mij de gift ontwringt, waarmede uwe Hoogheid mij vereerd heeft."

Woord Van De Dag

soepe

Anderen Op Zoek