United States or Hong Kong ? Vote for the TOP Country of the Week !


En Riesencraft en Uilenspiegel vochten als razenden: Riesencraft sloeg met zijn stootdegen, Uilenspiegel weerde de slagen af met zijn bezem; Riesencraft zwoer bij alle duivelen, Uilenspiegel ontweek de slagen, liep schuins, draaide rechts, keerde links door de heide, stak de tong uit en zette allerlei vieze gezichten naar Riesencraft, die, ziedend van woede, buiten adem geraakte en blindelings als een dronkeman in de lucht kapte.

Daar Uilenspiegel opnieuw verklaarde, dat hij zijnen bezem wilde gebruiken, drongen de vier getuigen niet verder aan en zeiden zij dienvolgens, dat alles in regel was. Beiden stonden tegenover elkander: Riesencraft op zijn peerd, dat met ijzer geharnast, Uilenspiegel op zijnen ezel, die met spek gepantserd was. Uilenspiegel reed tot in het midden van het veld.

Morgen daag ik u uit tot een tweegevecht, antwoordde Riesencraft, en ik beloof u fatsoenlijk aan stukken te kappen. Wij zullen alles afkappen, sprak Uilenspiegel, hoofden, armen en beenen. Maar zijt gij verstopt, dat uwe tronie zoo zuur ziet? Dat ben ik, sprak Riesencraft. Dan moet gij purgeeren, in stee van te vechten. Zij kwamen overeen zich 's anderen daags met elkander te meten.

Hij sneed het koordeken door, nam de flesch en dronk lustig van het verkwikkende nat. De gezellen boogschutters zeiden tot hem: Geef ons ook een slok. En hij gaf hun de flesch. Als de brandewijn op was, bond hij 't koordeken weer aan de flesch en wilde ze terugbrengen op de borst van den soldenier. Toen hij den arm oplichtte om de bottel er onder te steken, werd Riesencraft wakker.

Riesencraft antwoordde: Die dronkelap heeft schoone dingen hooren vertellen over het misbruik der tweegevechten; heden behaagt het mij hem het hoofd in tweeën te klieven, om aan elkeen te toonen, dat er maar hooi in zijne hersenpan steekt. De getuigen deden hen afstijgen.

Als Uilenspiegel hem vlak achter zich voelde, keerde hij zich plotseling om en gaf hem, met zijnen bezem, een forschen slag onder den neus. Riesencraft viel neder met uitgestrekte armen en beenen, lijk een kikvorsch op zijn uiterste. Uilenspiegel wierp zich op hem, streek zonder genade den bezem rechts en averechts over zijn aangezicht en sprak: Roep om genade, of ik doe u den bezem slikken!

Uilenspiegel zocht iets te drinken, dat hem verwarmen kon. De boogschutter Riesencraft, een Hoogduitscher, een mager, reusachtig en wreedaardig man, die nevens hem op zijn peerd zat te ronken, rook geweldig naar brandewijn. Uilenspiegel zocht naar de flesch op het kruis van zijn peerd, en vond ze aan zijnen schouderband geknoopt.

Riesencraft zei geen woord, doch kapte, in zijne opgewondenheid, met zijne stootdegen de schrale heideplanten af. De getuigen zetten hem aan, zijn stootdegen neder te leggen en ook eenen bezem te nemen, lijk Uilenspiegel. Hij antwoordde: Als die truwant uit eigen beweging een zoo gemeen wapen koos, is het dat hij meent daarmede zijn leven te kunnen verdedigen.

Uilenspiegel en Riesencraft hadden hunne getuigen gekozen; deze beslisten, dat de twee soldaten te voet zouden vechten, totdat de dood er op volgde, zoo dit den overwinnaar behaagde, want dit waren de voorwaarden die Riesencraft stelde. Het gevecht greep plaats in een kleine heide.

Riesencraft, hier tegenwoordig, heeft, om onschuldige poetsen, een en twintig zijner gezellen vermoord, maar nimmer verrichtte hij zelf, in gevecht of schermutseling, een schitterende heldendaad of erlangde hij om betoonden moed de minste belooning. Nu, heden behaagt het mij, het ruige vel van dien twistzieken hond eens averechts te borstelen.