Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 17 mei 2025
Een der twee is een forsch gebouwd man, waarschijnlijk de tweede stuurman van de »Berlin». Den ander meende men aan zijn gewone grijze reispet als een reiziger te herkennen. Deze laatste wenkte nog flauwtjes naar de reddingboot om te naderen, maar »veel leven zat er blijkbaar niet meer in», zeiden de mannen.
De woedende zee verdedigt haar prooi, die haar dreigde te ontglippen! De reddingboot is gedwongen naar de kust terug te keeren om een nieuwen ankertros en schietlijnen te halen. En nog was zij niet vandaar teruggekeerd, toen er iets ontzettends gebeurde. De "Berlin" scheurde dwars doormidden en het voorschip, waarop zich wel honderd menschen bevonden, zonk snel weg in de diepte.
Haven, machinisten, en eindelijk J. Boel, de stoker, die bij elke tocht in zijn stookplaats wordt opgesloten, opdat de boot, mocht zij kantelen, niet vol zal loopen. Ging de reddingboot te gronde, Jan Boel zou in zijn onderzeesche gevangenis stikken maar niet verdrinken.
Voorop voer de reddingboot de "President van Heel", daarachter volgde de "Hellevoetsluis" met den Prins aan boord, en dan nog enkele sleepbooten. Hoe meer men de open zee naderde, hoe woester het water werd. Onverschrokken stond de Prins op het dek, het oog gericht op het wrak, dat nog kostbare menschenlevens bevatte, die gered moesten worden.
Maar telkens als het getij en het weder dienstig geacht worden gaat de reddingboot weer uit; de mannen in hun oliegoed zwijgend op hun posten; aan het roer kapitein Jansen, die 336 menschenlevens redde in veertien jaar en wiens gelaat door dien langen strijd met orkanen en stormgolven in droeve trekken van hardnekkigheid, van ietwat-sombere vastberadenheid is gezet.
Maar verder scheen men langen tijd niet te komen, althans men zag van den wal af de jol van de reddingboot heen en weer varen tusschen de boot en het hoofd, zonder dat echter meer mannen met Van Mastrigt op de pier kwamen, welke laatste ten slotte ook weer aan boord terugkeerde.
Zijn moed deed de geestdrift der eenvoudige mannen oplaaien, en zoo er gered kòn worden, zou dit thans ook gebeuren. De reddingboot had een sloep op sleeptouw, die vier jonge mannen bevatte. Deze vier helden waren besloten alles op het spel te zetten, om ditmaal te slagen.
Aan het einde van den waterweg gekomen, werden de vaartuigen op eene rij zoo dicht mogelijk bij de pier gebracht en de ankers uitgeworpen. Tusschen de rij vaartuigen en de pier was nu een betrekkelijk stil water. De jol werd van de reddingboot losgemaakt en zoo dicht mogelijk tot bij de pier gebracht.
Haar angstgeschrei en smeekbeden drongen de dappere matrozen tot diep in de ziel, maar zij konden haar niet helpen. Ze moesten terugkeeren, om de geredden naar de stoombooten te brengen. Eerst werden zij naar de jol overgebracht en toen naar de reddingboot gevoerd.
Maar redding kon niemand brengen. De reddingboot was den geheelen nacht in de weer geweest, en ook 's morgens vroeg al weer uitgevaren, doch de zee was nog hol. 't Was nog onmogelijk, het wrak te bereiken. Wel woedde de storm zoo fel niet meer als den vorigen dag, maar toch was het nog noodweer. Opeens verbreidde zich het gerucht onder de menigte: "De Prins is gekomen! Prins Hendrik is hier!"
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek