Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 10 mei 2025


Wij meenden de aanvallen van deze onverbiddelijke vijanden te kunnen afweren, door de pijpen van onze pantalons om onze beenen toe te binden, onze voeten in stevige lederen schoenen te steken en onze handen met doeken te omwikkelen.

Ook zijn zoogenaamde waterpeil buizen, met glazen pijpen voorzien, van goede dienst, zoo die goed ingerigt zijn; want in die glazen pijpen ziet men dadelijk de hoogte van het water zooals het binnen den ketel staat; overigens zijn er nog andere middelen bekend, om eene bepaalde vermindering van het water in den ketel op te merken, meer of min onafhankelijk van de waakzaamheid des bestuurders, doch het is overbodig die hier te beschrijven.

Hij had den kraag van zijn zwarte regenjas opgezet, tot over zijn oorlellen, als de kraag van een kapotjas hoog, maar de pijpen van zijn pantalon omgeslagen met een breeden zoom, lieten de dikke enkelrimpels van zijn laarsschacht bloot.

Wij hebben gebouwd al de nieuwe orgels uit wier pijpen, uit wier luchtpijpen-kelen, het wereldlied klinkt als van vrije vogels, die 's morgens op een heeten zomerdag midden" in zomer al vóór drie uur zingen.

Welk een aanblik van haar bed mamsel Westphalen kreeg, en waarom zij zich door Caroline een paar klappen in den nek liet geven. Waarom Frits Sahlmann de pijpen van den baljuw breekt, en de Fransche overste bijna den degen had getrokken.

De mannetjes zijn blauw of zwart geteekend en hebben sliknatte, fijngekrulde bakkebaarden. Ze zijn voorzien van lange Goudsche pijpen, waaruit ze òf rooken, òf die ze losjes bij den kop tusschen de vingers houden en zoo, met den steel naar beneden, onverschillig laten slingeren. Merk de regenschermen. De wijfjes zijn wit.

En wat de laatsten betreft, wij hebben geene verontschuldiging in te brengen, dan dat er zóóveel te zien was; maar anders, wij hadden hunne bestemming moeten gissen uit armen en beenen, die zegevierend door mouwen en pijpen van hun oud, maar fijn pak staken; uit aangezigten, die niets beloofden; waarop geene wolk van sluimerend talent rustte, waaruit geenerlei zielskracht blonk.

»Mijne overgrootmoeder, sapprement! en mijne aartsvijandin. Want zij wil ook mij naar haar pijpen doen dansen, en mij gelijk maken aan haarzelve. Maar nooit zullen wij twee iets gemeen hebben nooit! Noemt zij zich vol wrevel =het oude geloof= ik wandelaar, let wel! ik noem mij vol trots het =nieuwe= " »=Ongeloof=?" wierp ik half luid in het midden.

Hier stond op de tafel een porseleinen pot met tabak, die er bij nederhing, en daarnevens lagen vier of vijf lange Hollandsche pijpen. "Zie," murmelde Adriaan verwonderd, "ik wist, dat M. Raemdonck soms eene sigaar rookt; maar het is waar, zooals men zegt, vele heeren rooken te huis op hun gemak eene pijp." "Gij begrijpt niet, vader," bemerkte Bavo.

De oude baljuw liep in zijne kamer op en neêr en was knorrig, want al was hij ook niet zeer driftig van aard, zoo was hij toch een oud man, die gewoon was te bevelen en die zijne eigene manier had, en nu moest hij zich laten kommandeeren, en had 's morgens klokke acht moeten opstaan, wat tegen zijne natuur was, en koffie had hij ook niet gekregen, en toen hij tot zijne opvroolijking een pijp wilde aansteken, waren er geene pijpen te zien.

Woord Van De Dag

rozen-hove

Anderen Op Zoek