Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 8 juli 2025
En meteen, na op zijn horloge gezien te hebben, neemt hij de plaats in, die voor hem was gereedgemaakt: een blijk van welwillendheid, dat de verbazing van Uilenburg wekt en de kajuitsbewoners niet weinig verheugt; want het schijnt zooveel te kennen te willen geven, als dat de machtige Burgervader ook hun ten beschermer wil zijn. "Ge zijt, zoo ik vernomen heb, een Amsterdammer," vervolgt Pancras.
"Het zal de Teems moeten voorstellen, Edel Achtbare!" antwoordt Uilenburg, met eene diepe buiging. "De Teems bij Wolwits ," voegt de schilder er op bescheiden toon bij. "Wat dunkt er u van?" vraagt opnieuw Pancras aan den kunstkooper.
"En dit, Sinjeur Uilenburg?" vraagt Pancras, op een klein schilderijtje wijzende, dat een paard voorstelt bij eene herberg: "dat is toch stellig niet van dezelfde hand." Men lette op het Sinjeur.
En dat, wat moet dat verbeelden, Uilenburg?" Is het, om den graad van topographische kennis des ouden mans op de proef te stellen, dat Pancras zijne vraag tot hem, en niet tot den kunstenaar zelven richt? of oordeelt hij, dat de achtbaarheid van stand er bij lijden zou, indien hij zich in een gemeenzaam onderhoud met den laatstgemelde begaf? Wij durven dit niet beslissen.
Ik moet nu Uw. Ed. A. verschooning verzoeken, dat ik zoolang over mij zelven gesproken heb, en hoop maar Uw Ed. A. niet te veel kostbaren tijd ontroofd te hebben." "Wel!" zegt Pancras, na nogmaals op zijn uurwerk gekeken te hebben, "'t heeft mij niet verveeld, u te hooren, en ik prijs uw loffelijken moed, die zich door geene harde fortuin liet afschrikken.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek