United States or Solomon Islands ? Vote for the TOP Country of the Week !


De vogelen zongen niet meêr. De Heer Mejan zeî mij, dat tegen den tijd, dat de natuur hier uit haar' slaap ontwaakt, welke slaap in dit bergachtige land vrij lang duurt, het dan bijzonder levendig en vrolijk is door de groote menigte van zoovelerlei soort van vogelen, welke zich hier ophouden.

Een half uur van Ganges, aan den anderen kant van het riviertje, ligt het buitengoed van den Heer Mejan; eer men daar komt, ziet men aan dien zelfden kant, tusschen twee rotsen, in een ander riviertje, dat zich hier met l'Hérault vereenigt, over een dam van steenen, die 'er inligt, een kleinen waterval rollen.

Onze waardin had ons geraden, om, hoewel wij den Heer Mejan niet kenden, of geen brieven aan hem hadden, hem evenwel vrijelijk een bezoek op dit zijn buitengoed te gaan geven, met verzekering, dat wij 'er wel zouden ontvangen worden, en wel te vreden zijn over de ligging van dat verblijf. Wij gingen 'er dan ook heen.

Ik had onder weg ook opgemerkt, dat men hier en daar boekweit teelde; iets, dat ik in het gedeelte van Frankrijk, dat ik doorreisd heb, en vooral in het zuiden, weinig of niet zag. Castanjes levert deze landstreek in menigte op. Te Ganges terug gekomen, gingen wij in de fabriek van Mejan eenige paren zijden-kousen koopen.

Dit alles ligt tegen de helling van den berg, en de Heer Mejan verhaalde mij, dat hij in een beek aan de voet van denzelven, een menigte kreeftjes had van de soort, die hij van Vaucluse had laten komen, en in het riviertje l'Hérault vindt men zeer goede forellen. Het wild is hier ook niet schaars; olij en wijn groeit 'er in overvloed.

Eer wij verder gingen, gaf de gastvrije Mejan aan zijn' knecht last, om een paar flessen wijn in een koele bron te zetten, en wat vruchten enz. in gereedheid te houden, zeggende tegen ons: "Gijlieden hebt zekerlijk nog niet ontbeten, als wij terugkomen, willen wij te zamen een stuk eten."

Wij deden ons hier aan dan ook ter deeg te goed, want de gulhartige Mejan was niet te vreden dat wij slechts proefden, wij moesten eten, ter deeg eten.

Voor het verrukkelijke buitenverblijf van den Heer Mejan hielden wij stil, om nog eens de alleraangenaamste ligging van hetzelve te bewonderen; het is een groen Amphithéater, de treurwilligen die boven op en tegen de helling van den berg staan, en met lange takken langs denzelven afhangen, maken ook een aardige en eenigzins vreemde vertooning, om dat die boom in de laagte t'huis hoort; doch hier tiert zij door de menigte beekjes en stroomtjes ook zeer weelderig op de hoogte.

Omtrent een kwartier van het buitenverblijf van den Heer Mejan, naar den kant van le Vigan, ligt een brug op het riviertje, en daar bij een roodachtige rots, die buiten de andere bergen uitsteekt en eene aardige vertooning maakt.

Aan den ingang van eene lommerrijke laan, die naar het huis geleidde, zagen wij een kloek man aankomen, met een buisje en lange broek aan, een ronde witten hoed op, en een wandelstok in de hand het was de Heer Mejan zelf, voornemens zijnde, om zijne arbeiders te gaan bezoeken; ik gaf hem ons voornemen te kennen, en hij ontving ons op de gulste en vriendelijkste wijze; en hoe zeer wij hem verzochten, om zich om onzenwille niet op te houden, hij wilde ons zelf in zijne tuinen en verrukkelijke boschjes rond leiden.