Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 11 juli 2025
Maaiken, gij moet rijden! Maakt gij nu uw hemd nat van schrik? Weg met de houten heiligen! Laat heur een bad in de Schelde nemen! Hout drijft toch boven!" Het volk aanhoorde hen zonder iets te zeggen. Doch Uilenspiegel klom op den predikstoel, stampte met geweld den spreker van de trappen en zei tot het volk: Dwazen, onnoozele dwazen, ziet gij dan niet verder dan uw neus lang is?
Een hunner, met een bruin gezicht als een verbrande ajuin, vroeg of Maaiken dat was Maria bang was, daar ze zoo ijlings terug in de kerk kwam. 't Is toch niet voor u dat ze bang is, leelijke moor, antwoordde Uilenspiegel. De jonge schoelje, tot wien hij sprak, kwam op hem af om hem te slaan, maar Uilenspiegel nam hem bij den kraag en sprak: Als gij durft slaan, doe ik u uwe tong uitspuwen.
Maar onderwege in den ommegang, is Maaiken den duivel Satan tegengekomen en Satan sprak lachend tot haar: "Zijt gij nu te fier om den armen pagadder Satan goeden dag te zeggen, omdat gij gekleed zijt als eene koningin, en gij gedragen wordt door vier signoren?" En Maaiken antwoordde: "Gaat van hier, Satan, of ik verbrijzel u nogmaals den kop!"
Satan nam een duchtige lederen zweep en begon er mee te kletsen op Maaiken, die niet dorst schreeuwen om niet te laten zien dat ze bang was; en toen is ze op den loop gegaan en deed zij de signoorkens die haar droegen insgelijks loopen, opdat ze met heur gouden kroon en rijke juweelen niet onder 't arme gemeene volk zou vallen.
Ook spreekt het van zelf, dat de schout de zaak onderzocht, waarbij hij den indruk kreeg, dat Maaiken van Rebaus, zoo heette de vrouw, minder was weggeroofd dan wel haar man had verlaten, zooals zij vroeger ook al eens te Haarlem had gedaan »omme vant kinde daer mede zij swanger was heymelijken te geleggen ten eynde tselve haer kint niet en soude worden gedoopt«. Zij wilde terugkeeren, als de man beloven wilde het kind niet gereformeerd te doopen en daarop is de zaak afgestuit.
"Maaiken, dat doet gij nu reeds vijftienhonderd jaar, maar de Geest van den Heer uwen meester heeft mij verlost. Ik ben sterker dan gij; gij zult mij op den kop niet meer trappen, en nu ga ik u een dansken leeren.
Eenigen speelden met den bal en hinkelden met steentjes over den vloer en zeiden: "Maaiken, nimmer speelt gij in het hemelrijk, en gij verveelt u: kom spelen met ons". En onophoudelijk hoonden zij het beeld, riepen, huilden en floten. De markgraaf gebaarde bang te zijn en ging henen. Hij deed de deuren sluiten behalve ééne.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek