Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 23 juni 2025


"Waarom niet?" vraagde Middelgeest. "Hij is geïndisposeerd geworden," antwoordde Houttuijn. "Geïndisposeerd?" riep Henricus Hondius uit. "Het zal hem gisteren zeker niet gecoiffeerd hebben, dat wij ons Prinsje wat veel gefêteerd hebben." "De Raadpensionaris is er de man niet naar, om zich daarvoor absent te houden," bracht Van Limborch in het midden.

Zoo is het b.v. opmerkelijk, dat wij het motief der dochter, die haren vader ontvlucht om bloedschande te ontgaan, aantreffen juist in een paar Fransche Maria-mirakelen van dezen tijd . Een ander motief: het verwisselen eener bruid in den bruidsnacht, treffen wij aan o.a. in de geschiedenis van Tristan, in die van Baerte metten breden voeten en een Fransch "conte dévot" . Ook de roman van Limborch schijnt den vervaardiger van dit Nederlandsch werk niet onbekend te zijn geweest .

Meer van hem zelven vinden wij in den Limborch, al kan dat werk slechts met aanzienlijke beperkingen oorspronkelijk worden genoemd. Dat tekort aan oorspronkelijkheid blijkt niet uit het telkens herhaald beroep op het Walsch.

De dichter moet vóór 1330 gestorven zijn; zeker niet zoo heel lang na de voleindiging van den Limborch . In den aanvang van het Tiende Boek immers stelt hij zich aan zijn publiek voor als een oud man: hij is versleten, het vesperklokje gaat voor hem luiden, zijn eenig genoegen "leit in de scotele ende in den nap"; voor de minne deugt hij niet langer, erover praten is al wat hij kan.

In Limburg, Brabant, Vlaanderen, die landschappen dus, waar het letterkundig leven tot nog toe hoofdzakelijk zich had ontwikkeld, zien wij het volksgevoel ontwaken en zich uiten in den roman van Limborch en den Flandrijs, in JAN VAN HEELU'S verhaal van den slag bij Woeringen, in het werk van VELTHEM en de Kroniek van MELIS STOKE.

Ja, er wordt nog gestreden ook tegen de heidenen, maar de bezieling is verdwenen. Avonturen en nog eens avonturen, wonderen het een nog wonderbaarlijker dan het andere, moeten dat gemis vergoeden. De Limborch en de Flandrijs, die wij in het Tusschenspel leerden kennen, mogen in dit opzicht beschouwd worden als schakels tusschen de oudere en de jongere ridderpoëzie.

Evenals de Limborch en de Flandrijs zijn ook deze werken slechts voor een gering deel uit het leven ontstaan, doch grootendeels uit herinneringen aan wat de vervaardigers elders gehoord of gelezen hadden.

De dichter van den roman van Limborch, HEYN VAN AKEN, was vermoedelijk in Brussel geboren en tijdens zijn leven pastoor van Corbeke bij Leuven. Wij kennen drie werken van hem; twee vertaalde: Hughe van Tabarien en den roman van de Roos; een oorspronkelijk: den roman van Limborch.

"Hij weet zeer goed, dat de Hofbuurt verscheidene leden telt, die der Staatspartij zijn toegedaan." "Meer toch nog den Prins," hernam Hondius. "Bij de meesten is het nog Oranjeboven." "Ieder, die het wel met den Lande meent, zal respect hebben voor den Oranjestam," hervatte Limborch.

Meer nog dan de Limborch was dit gedicht er op berekend, de roemzucht van den adel te streelen en te prikkelen. Voortdurend deelt de schrijver ons mede, dat hij gewag maakt van deze of gene ridders, opdat men "hare daden ewelike gedincken sal."

Woord Van De Dag

verheerlijking

Anderen Op Zoek