Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 9 juli 2025


En snelle Wervelwinden gij, die hingt Op evenwichtge vlerken stom, beweegloos, Boven verstilden afgrond, toen een donder Luider dan die van u, de ronde wereld Schokte! Als mijn woorden toen een kracht bezaten, Schoon 'k zoo veranderd ben, dat in mij stierf Iedere kwade wensch, en 'k niet meer weet Wat haat is, laat hen thans niet krachtloos zijn! Hoe was die vloek? gij allen hoordet mij.

't Is zoo krachtloos als haar smeeken; Ik min u, Helena, zoo waar ik leef; En 'k zweer, ik waag dat leven, kwam er een, Die last'ren dorst, dat ik u niet bemin. DEMETRIUS. Ik zeg, ik min u meer, dan hij het kan. LYSANDER. Beweert ge dat, kom meê en staaf het dan. DEMETRIUS. Terstond! HERMIA. Lysander, wat beteekent dit? LYSANDER. Laat los, gij zwarte heks! DEMETRIUS. Ei zoo!

Toon men my één proef van ons vermogen; Van schrikbaarheid voor hun die ons beoorelogen! Het oorlogswapen dreigt onze afkomst onverhoeds, En wy, van gramschap warm en van de zucht des bloeds, Wy zoeken stormen; wy, wy gaadren donderstoffen Met onbedreven vuist, om krachtloos neêr te ploffen; En, had Tavoach niet ter redding toegesneld, Geen vijand lag dit uur, maar half ons kroost, geveld.

De gaslantaarn, die juist was opgestoken, verlichtte inzonderheid het nummer der kleine woning. De oude Willem gaf er zich geen rekenschap van hoe hem nu eensklaps de woorden vol droeve waarheid zoo levendig voor den geest kwamen: "Gelijk het gras is ons kortstondig leven, Gelijk een bloem die, op het veld verheven, Wel sierlijk pronkt, maar krachtloos is en teer.

Woord Van De Dag

staande

Anderen Op Zoek