United States or Syria ? Vote for the TOP Country of the Week !


Mathilde ging te-rug, de statig zijgende sparren-groep, bij de waranda, met zijn verspitsende betorening van neêrgeschuinde stekeltakjes, met zijn stil-blinkende groentinteling en zijn innige binnen-duisternis, naderde, naar haar heenschuivend met den warm-gevenden grond, en de glans-armpjes suizelden heete fluisteringen en trilden op in de rondte, bijna allen, heel even, en toen weêr, en toen weêr, boven holen van zwartheid; als glimwormen glommen takjes en sprankten in de zon uit als stukjes glas en van de schuinende neêrveêring rolden en ruischten parelende klankjes voor Mathildes voeten: Jozef!

Dof, in een breede uitrolling van een geluid dat veel lucht verzet, dichtbij gehoord als na-dondertjes over wolken vertuimelend, bonsden nu de slagen van de donkere trommel: boem, boem, boem, gronderig onder het neusachtige getoeter van de klagelijke klarinet.... hoor!.... dat klonk als een melodietje, almaar dezelfde vijf, zes nootjes, je zou ze kunnen teekenen, het overspringen van de krijtende klankjes, een lijntje als een snel bliksemstraaltje, zigzaggend, en dan den gillenden snerp, recht.

Al de liefden, die in haar voor hem geweest waren, rezen aan-éen, niet te temperen, en in een brand uit haar oogen en over haar borst sproot uit haar splijtend gemoed een kletterende op-een-volging van zware, doffe, heesche fluitende klankjes, waarin zij hem zeide, wel te weten, dat hij dit zoû andwoorden, alles te weten, wat hij nog meer zoû willen zeggen; maar dat dit alles niets beduidde, dat hij, als hij zich maar eens goed wilde onderzoeken, wel zoû merken, dat zij gelijk had met te zeggen, dat hij toch eigenlijk niets meer van haar hield.