United States or Greenland ? Vote for the TOP Country of the Week !


Bij de Japansche Hop, Humulus japonicus, heeft men ondervonden, dat de meeste zaden binnen één maand kiemen, maar dat sommige meer dan een jaar blijven slapen, om dan pas te verschijnen.

"Och, och," begon Frits, "woont daar nu...." Maar daar vlogen de veulens, nu ze 't bosch uit waren, in eens weer met een' ruk vooruit: 't scheelde niet veel, of onze Frits was in 't zand gewipt. Hop, hop, hop! Frits durfde haast niet rechts of links meer te kijken, zoo gauw ging het. Alleen als Appelsteeltje met zijne fakkel wenkte, keek hij even naar dien kant.

Om de hoogste stammen slingeren zich verschillende woekerplanten, zoo als de wilde hop en anderen, die met haar grillige slingers en bloemen de takken omranken. In het diepe gedeelte van de kil liggen twee schuiten aan den oever gemeerd: eene schilderachtige stoffage te midden van dit herfstlandschap, beschenen door het kalme, stemmige licht van de dalende najaarszon.

Toch hecht deze Vogel, die, naar men zou zeggen, zoo weinig vatbaar is voor genegenheid, zich buitengewoon sterk aan den mensch, die hem van jongs af vriendelijk behandeld heeft; een tamme Hop is een van de gezelligste en aardigste huisgenooten die men zich voorstellen kan.

Berust dit op het algemeene beginsel der sympathie, in dit geval taalkundige overeenkomst tusschen afweermiddel en te bannen voorwerp? Of heeft de misteltwijg zijn naam ontvangen, òmdat hij de mare afweert, of omdat zij op zijn bladeren uitrust als op de korenhalmen of de hop, of dewijl hij den boom drukt evenals de mare den mensch?

Men kon slechts met de uiterste moeite tusschen de groote zakken meel, gerst, rogge, erwten en boonen doorkomen. De ramen waren vrij groot, maar het licht drong er ternauwernood doorheen. De voorraad hop, worsten, gedroogde pruimen, kersen in flesschen, appelen, peren, de stapels eieren, de flesschen, die voor de ramen stonden, hielden het geheele vertrek in een donker waas gehuld.

En voort ging het weer, hop, hop in vliegende vaart door bosschen, over velden en wegen, langs kasteelen en bergen. Appelsteeltje zwaaide weer met zijne fakkel; maar Frits was nu te moe en te slaperig, om veel rond te kijken. Sjok, sjok! schudde hij heen en weer, voor- en achterover op zijn veulen. Op 't laatst kon hij de oogen haast niet meer open houden. Nog een poosje en ze vielen toe.