Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 5 mei 2025
Zuid-Amerika herbergt de meeste soorten van deze onderfamilie, in Noord-Amerika komen er betrekkelijk weinige voor. Door hun uiterlijk en hunne gewoonten gelijken de Kernkrakers veel op onze Appelvinken, maar toch ook in sommige opzichten op de Goudvinken; zij bewonen meer de struiken en de boschranden dan het eigenlijke oerwoud en eten harde zaden, bessen en Insecten.
Eindelijk sprak hij: »Ginds komt voor elk wat wils. Vijanden, paarden en zeker ook wel goudvinken. 't Is eene ruiterbende, mannen, die zich in deze richting beweegt." Verscheidenen stonden op, om uit te zien. »Ze zijn te talrijk," sprak er een. »Volgens mijne meening zijn er wel een honderd ruiters..." »Als het niet meer is," viel een tweede in. »Ze gaan zeker naar Haarlem..."
In de bergstreken neemt men de jonge Goudvinken uit het nest nog voordat zij vliegen kunnen, om ze in de kooi op te voeden en te onderrichten. Hoe vroeger men met het africhten beginnen kan, des te beter zijn de uitkomsten.
Een boom vol Goudvinken levert een prachtig schouwspel op. Het rood van de mannetjes steekt in den zomer prachtig af tegen de groene bladen en in den winter tegen rijp en sneeuw. Zij schijnen tegen de koude geheel ongevoelig te zijn; want, voor zoover er geen gebrek aan voedsel heerscht, zijn zij, zelfs in den strengsten winter, zeer opgewekt.
In het Thuringerwoud worden ieder jaar honderden jonge Goudvinken afgericht en daarna door vogelhandelaars naar Berlijn, Warschau, Petersburg, Amsterdam, Londen, Weenen, ja zelfs naar Amerika gebracht.
Sikes keek van tijd tot tijd tersluiks naar hem. Nancy, die blijkbaar bang was, den inbreker boos te maken, hield haar oogen op het vuur gericht, alsof zij doof was geweest voor alles wat er gebeurde. »Fagin,« zei Sikes, plotseling de stilte verbrekend, »is 't twaalf goudvinken extra waard als 't veilig van buiten af gebeuren kan?« »Ja,« zei de Jood, alsof hij plotseling opleefde.
Bij de jongen is de bovenkop nog niet zwart. De vleugel is steeds ter hoogte van het handgewricht met twee grijsachtig witte banden geteekend. Als verscheidenheden komen witte of zwarte en bonte Goudvinken voor.
Zijn domheid is echter op verre na niet zoo groot als die van den Kruisbek, want, hoewel de nog overige leden van een gezelschap Goudvinken, waarvan er één door een schot gedood werd, daarna soms neerstrijken op of naast den boom, waarin zij aanvankelijk zaten, is het mij toch nooit voorgekomen, dat een ongekwetste Goudvink na een schot bleef zitten, welk geval zich daarentegen bij de Kruisbekken dikwijls voordoet.
Binnen weinige uren geraken de Haakbekken aan een kooi gewoon; zij eten zonder aarzeling het voor hen bestemde voedsel en worden weldra even tam als andere Goudvinken; de gevangen Vogels blijven echter zelden lang in 't leven en verliezen reeds bij het eerste ruien voor altoos hunne prachtige kleuren.
Zelfs door een fluit kan men den goed fluitenden menschenmond niet vervangen. Eenige Goudvinken leeren zonder bijzondere inspanning 2 of 3 stukjes, terwijl andere stumpers blijven; eenige onthouden het geleerde, zoolang zij leven, andere vergeten het weer, vooral gedurende den ruitijd. Ook de wijfjes leeren wijsjes fluiten, hoewel zij dit zelden nagenoeg even vol en zuiver doen als de mannetjes.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek