United States or Bosnia and Herzegovina ? Vote for the TOP Country of the Week !


En in door de vensters en in door de poort, En dwars door den vloer gaat het stormende voort, En af van den zolder, geen muur die ze stoort, Van rechts en van links, van zuid en van noord, Van binnen en buiten, van hier en van daar, Dringt af op de bisschop de ijlende schaar, Gewet zijn hun tanden vooraf aan het steen, Zij bijten den kerkvorst tot diep op het been, Zij rukten zijn vleesch van het lichaam hem af, Want dit was hun taak: hem te brengen zijn straf.

Want hier door, zegt JUVENAAL, ontstaan gemeenlijk de oorzaaken van schelmstukken, en geen ondeugd van het menschelijk gemoed, heeft ooit meer vergifts gemengd, of zwaarden ter verderve gewet als de felle trek tot onmaatige middelen.

Het staal, eens door haar lach gewet, Heeft ook, in spijt van Mahomet, Iconiums Sultan neergehouwen, Verweduwd meer dan vijftig vrouwen; Van 't goudgeel haar geen enkel, neen! Hoe 't golft, in weeldrigen overvloed, Om 't zilver van haar boezem heen, Waarvoor geen heiden heeft gebloed. Gegroet, o Schoone!

Overal gonsden de zeiselen; er klonk van alle kanten gewet en geklop op het klankgevoelig staal en de woorden van mannen en vrouwen klein en miniem onder het hoogopklimmend geweld van de lucht waren in de beemdenwijdheid groot en lang. En swenst opende zich de zon en stak de wereld vol van licht tot over de horizonnen. Dat spoot stralen uit de zeisens.

Op de akkers, die verder zich uitbreidden, naar het dal toe, waar schuilde het kleine dorp, zwoegden de oogstwroeters, lage gebukt en traag-wordend onder den last van het machtige werk. De winden waren stille gevallen, en altemets klonk in 't zwijgend geluchte de roep van een boever of 't krijschend gewet van een zeis.

Er zijn lieden, die hun zwaard stomp lieten en linksch zijn in het hanteeren. En zoo zijn er ook, die het »woord«, als het wapen van hun geest, niet slepen, noch ook de macht verstaan, om er al zijn werking aan te geven. Maar wat zegt dat? Als ge van de macht van een zwaard spreekt, spreekt ge van een zwaard, dat wel gewet in de hand van den held rust.

Aan haar zijden prijkten marmeren beelden, bij welke het leven des geestes den steen doordrongen had; het zijn naakte, schoone mannen; de een wette zijn zwaard: deze werd de slijper genoemd; de worstelende gladiatoren vormden een andere groep; het zwaard werd gewet, en er werd gestreden voor de godin der schoonheid.

Bouke en Joan wisten overal waar het wild lag, op welk veld de meeste hoenders gespeurd waren, tegen welke boomen het hert zijn hoornen gewet had; zijn nieuwe jachtgezellen waren der streek onkundig.

Een dolk, door vreemden nijd gewet, zal den roemrijksten uwer zonen dooden, den grootsten burger der middeleeuwen aan de bewondering Europa's ontrooven. Dan zal voor u het tijdvak der beproeving zich openen; uw kroost zal zonder plooien voor het vaderland alles doorstaan, tot zelfs den schrikkelijksten hongerdood; gij zult helden op helden telen.

Ook Gerard wilde zich bij een ploeg voegen. Men wilde het niet. Bits riep één der jongelingen: "Wie er schuld aan heeft, hoeft niet te helpen." Gerard lachte en antwoordde: "Ik heb er geen schuld aan. Vraag 't maar aan gezelligen janus." De spuiten der andere dorpen renden aan, en in het hooge vuur drongen van alle zijden waterstralen, als scherpe messen, die tegen elkaar worden gewet.