Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 18 juni 2025


Grootvader had hem zelf getimmerd, heel stilletjes, zoodat Jantje er niets van gemerkt had. O, o, wat lachten Grootvader en Grootmoeder ondeugend. "Wel, hoe lijkt je dat, Jan? Vind je dat wagentje mooi?" Jantje werd beurtelings bleek en rood, want hij begreep wel, dat het wagentje voor hem was, en toch durfde hij het haast niet te gelooven.

Ze hadden ook geen dagenlang getimmerd en hout gehakt, om flinke houten wanden op te trekken, ze hadden geen zorgen gehad, om 't dak te leggen en te dekken, of om balken en vensterkozijnen te maken, of om deuren en sloten in te zetten. Ze hadden alleen maar een paar tentstangen stevig in den grond te slaan en het tentzeil er over te hangen, om hun huis zoo goed als klaar te hebben.

Buiten komende, stond ik in eene andere stadsbuurt, en bespeurde dat de deur waardoor ik het hôtel verliet, ook al eene merkwaardigheid was, fraai getimmerd en geheel met eenvoudig maar keurig snijwerk versierd.

"De Babyloniërs, zoo zegt Herodotus, hebben geene andere vaartuigen, dan die den Euphraat afzakken tot aan de stad; zij zijn rond en geheel van leder, want nadat zij de kiel hebben getimmerd van het hout van wilgen, die in Armenië, ten noorden van Assyrië, groeien, bekleeden zij de buitenzijde met vellen, die het geheele vaartuig bedekken, zonder dat men daaraan een voor- en achtersteven onderscheiden kan.

Overal in de Perzische zeehavens werden schepen getimmerd en de satrapen der verschillende provinciën van het groote rijk waren druk bezig ieder in zijn ressort het noodige krijgsvolk bijeen te brengen. Maar Pallas Athene zou hare stad weten te beschermen en hij, Simon, zou ook gereed staan als het noodig was.

Ze hadden een kastje voor me getimmerd, naast 't raam en daar lag op den bodem alles op een rijtje: de boter, de thee, de suiker, de worst, al die dingetjes die zoo lekker kunnen wezen, als je er een tijdje af bent geweest. En 't aangesneden brood lag er boven, op 't plankje. En op den zolder van drie hoog hingen mijn kleeren te drogen: jas, vest, broek, onderbroek, overhemd en sokken.

De vierduizend inwoners van het eiland houden zich alleen met landbouw bezig, en hunne plantages maken den besten indruk. De woningen der inlanders, van hout getimmerd, zijn voor het meerendeel met kalk gewit, hetgeen een uitmuntend voorbehoedmiddel is tegen het felle branden der zonnestralen.

In alles behalve opgewekte stemming keerde ik naar het kamp terug, niet wetende wat te doen. Ik kon wel den oever der rivier volgen tot tegenover de ruïnen, die aan de overzijde lagen: daartoe moest een pad van omstreeks twintig kilometers lengte door het woud worden gebaand en vervolgens een vlot getimmerd om de rivier over te steken.

De kerk, van hout getimmerd, onderscheidt zich door niets bijzonders: zij is een publiek lokaal, waar het volk samenkomt om te bidden, te zingen en te luisteren naar de preeken van den koning, die tevens den Bijbel weet uit te leggen.

Langs den muur, naast en boven de deur, die naar het achterkamertje leidt, ziet ge vakken, ruw van withouten planken getimmerd en gevuld met bundels en pakken van allerlei grootte en kleur, alle voorzien van briefjes en nummers. Recht tegenover u is een groot vak vrijgebleven: daar hangen winterjassen en parapluies, die dikwijls gehaald en gebracht worden en daarom voor de hand moeten blijven.

Woord Van De Dag

schapenhoedster

Anderen Op Zoek