Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 25 juni 2025
Evenals Jupiter wordt Odin altijd beschreven als majestueus en van middelbaren leeftijd, en beide goden gelden als de goddelijke stamvaderen van koninklijk geslacht, want terwijl de Heracliden Jupiter als hun vader opeischten, dachten de Inglingen, Skioldings enz. dat Odin de stichter hunner familiën was.
De baljuw vroeg hem of hij de vermaledijde gedachte niet herroepen wilde, die hem de beelden had doen breken, alsmede de goddelooze doling dewelke hem smadelijke woorden ten opzichte van Zijne Goddelijke Majesteit en ten opzichte van Zijne Koninklijke Majesteit had doen uitspreken.
Of hij zoekt haar in de abstracte dingen: de schoonheid des levens is de levenswandel zelf volgens de leiding en het bevel der goddelijke wet, ontdaan van de leelijkheid der zonde. Van de schoonheid der kunst spreekt hij niet, zelfs niet van die, welke het meest als iets zelfstandigs treffen moest: de muziek.
Even als in Indië, Egypte en Griekenland, zoo heeft de godsdienst, de geestdrift voor het goddelijke en voor zijne zinnebeeldige voorstelling, overal onder de menschen ook aan de andere kunsten geest en leven gegeven.
Immers zij hebben gemeend dat de goddelijke aard, welken zij vóór alles hadden moeten beschouwen, omdat hij zoowel naar begrip als van nature vóórgaat, in de volgorde hunner gedachten het laatst, de dingen daarentegen welke men zintuigelijk waarneembaar noemt, het eerst van al kwamen.
En wanneer zij eindelijk bij haren koning, bij Karel VII is, weet zij ook hem te overtuigen van hare goddelijke roeping; zij trotseert alle tegenwerking van de hofpartij, van het legerbestuur, van de priesters, en zij krijgt een leger, waarmede zij de haar opgedragen taak kan gaan vervullen: haar vaderland bevrijden van den vijand, haar koning op den troon brengen.
Klinkt reeds de toon zoo zoet, uw vroege jeugd ontschoten, Waarin verbeelding nog in 't licht der waarheid gloeit, Ontroeren ons reeds thands uw goddelijke noten, Waarmeê, in zoete smart, uw ziel te samenvloeit: O, wat bewondering zal dan uw deel niet wezen, Wanneer de wetenschap uw rijken geest beschijnt, Uw smaak veredelt en verfijnt, En uw ontwaakt Genie, in vlammen opgerezen, In al zijn kracht verschijnt!
Goddelijke stem, zei de zoon van Intellectus peinzend, wat wonderlijks voel ik in mij worden?
Er was een boek, dat van het begin tot het einde van zijne hoogere afkomst getuigt; een boek, dat den geheelen schat van menschelijke kennis bevat, verhelderd en geheiligd door de geheele goddelijke wijsheid; een boek, door den eerbied der volken het Boek genoemd: de Bijbel! Dat boek hadden de Pausen verboden.
Gij zijt niet genoeg, in uw leven, ontgoocheld geweest om dit niet dadelijk en met eene innige geestdrift aan te durven .... Ik, mijn vriend, ik heb alle beproevingen ondervonden en geen schande heeft mij de Goddelijke Voorzienigheid gespaard.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek