United States or Bouvet Island ? Vote for the TOP Country of the Week !


Onderscheid goed den uiterlijken glans van den innerlijken glans. En overweeg eens, waardoor het mogelijk wordt, dat bijvoorbeeld een analfabetische daglooner, iets in zijn blik, zijn gelaat, zijn stem kan hebben, dat een zeer voornaam, zeer geleerd, zeer wijs en zelfs zeer goed mensch plots, in een oogenblik van hèl-lucide erkenning, zijn minderheid kan doen gevoelen.

De man onder een zwaren last. Deze daglooner moet voor zijn dagelijksch brood hard . Deze arbeider van vroeg tot laat en kan nog ternauwernood in zijn onderhoud voorzien. Wat ge, o mensch naar goud of eer? Moege en moegezongen slaap ik op den harden grond. Hij stierf nog jong, maar af vóór zijn jaren. Plaats plek oord. Een deel der ruimte.

Nu was hij reeds dicht bij de stad: het gedrang op den straatweg nam gedurig toe; menschen en vee verdrongen elkaar: zij liepen op den straatweg langs de heggen, ja, bij den slagboom kwamen zij zelfs op het aardappelveld van een daglooner, waar zijn eenige kip aan een touw rondliep, opdat zij niet van het gedrang zou schrikken, afdwalen en wegloopen.

Ik hoopte met stalen volharding te bemachtigen wat ik mij zelf bekennen moest niet te bezitten. Ik gunde mij rust noch uitspanning. Ik tobde mij af, ik werkte gestadig door; helaas! ik werkte met de getrouwheid van een eerlijk daglooner, waar mij de bezieling van den kunstenaar ontbrak, die den arbeid licht maakt ondanks de inspanning die hij vordert.

Zóó schrikkelijk warm, dat de daglooner met permissie zweet op het bloote denkbeeld dat zijn schoftuur weldra zal verstreken zijn, dat de geleerde van al zijn wetenschap niets kan luchten dan: dat het verbazend warm is, en de ongelukkige wandelaar die tot loopen is gedwongen, en niet zooals vele natuurgenooten, in priëeltjes of waar de zon de minste kracht uitoefent, Seltzerwater met wijn en suiker kan slurpen, de oogen branden van den gloed dien het zandpad weerkaatst, terwijl hij met de zweetparels op het gelaat, en de longen door het stof, dat zijn eigen tred veroorzaakte, als toegeschroeid, aan niets kan denken, dan aan gloeiende ovens en dolle honden.

Vooral bij den arbeider zij dat gebod u heilig. Het loon van den daglooner wil de Schrift, dat zelfs niet bij u overnachten zal. Ja, stipte, strikte betaling van het loon van den arbeider is een der teederste en heiligste rechten van de mingegoeden, waar de Heere, wiens oogen op alle plaatsen zijn, streng op let. Evenzoo staat het met de betaling van rekeningen.

In den snoeitijd verdiende hij achttien stuivers daags, daarna verhuurde hij zich als maaier, als daglooner, als stalknecht, kortom voor al wat hij maar kon vinden. Zijn zuster werkte van haar kant insgelijks, maar wat kon zij met zeven kleine kinderen doen? 't Was een treurige groep, welke de ellende allengs omsloot en verstikte. Er kwam een harde winter. Jean had geen werk.

Tevens bevalen zij hunnen neef hun hond en hun kat aan, zeker van oordeel zijnde, dat men gemakkelijker hier beneden het geluk van een huisdier dan dat van een menschelijk wezen verzekeren kan. Een rijke en kinderlooze Weduwe had in haar huis een daglooner aan 't werk, die een vrouw en een kindje had.

In dezen brief schetst hij uitvoerig de gebeurtenissen die tot het aanklagen van den regent en tot zijn ontslag nemen hebben geleid: hij richt zich tot Van Twist als mensch tot mensch, legt hem de nood van zijn gezin bloot, deelt hem mede, dat 't hem nog niet gelukt is een ander middel van bestaan te vinden, zoodat "de schipbreuk van m'n leven totaal is. Ik ben armer dan de armste daglooner.

Verwacht dus niet, dat zij hem verbeidde, dat er eene ontmoeting plaats greep, zoo als herderszangers er schilderen, bij de tehuiskomst van eenen daglooner, een vriendelijk welkom, een kus als eene klok.