United States or Jamaica ? Vote for the TOP Country of the Week !


Mevrouw Jennings, die van den beginne, meer dan Elinor, Marianne's ongesteldheid als ernstig had beschouwd, keek zeer bedenkelijk, toen zij hoorde wat de Heer Harris had gezegd; zij vond Charlotte's angst en bezorgdheid zeer gegrond, en drong erop aan, dat zij onmiddellijk met het kind zou vertrekken; terwijl de Heer Palmer, hoewel hij hun vrees overdreven achtte, aan de angstige smeekingen van vrouw geen weerstand kon bieden.

Charlotte's vuist was niet van de kleinste, maar alsof deze vuist nog niet voldoende in staat was Oliver's razernij tot kalmte te brengen, stormde juffrouw Sowerberry de keuken binnen en hield hem met één hand vast, terwijl zij met de andere zijn gezicht bewerkte. Bij dezen gunstigen stand van zaken stond Noah op van den grond en begon hem van achteren te stompen.

Dat duurde echter niet lang; Elinor had nauwelijks de laatste bezoekers uit haar hoofd gezet, was nauwelijks bekomen van haar verwondering over Charlotte's vermogen om tevreden te zijn zonder oorzaak, over het komediespel van den Heer Palmer, dat zijn betere eigenschappen verborg, en over het vreemde gebrek aan natuurlijke overeenstemming, dat dikwijls bestond tusschen man en vrouw, of Sir John's en Mevrouw Jennings' nooit verflauwende ijver in het bevorderen van den gezelligen omgang verschafte haar reeds weder nieuwe kennissen, ter uiterlijke en innerlijke waarneming.

Het was vroeger Charlotte's kamer geweest, en boven den schoorsteenmantel hing nog een landschap in gekleurde zijde, door haar geborduurd, als een bewijs dat zij niet zonder resultaat zeven jaren in een deftige Londensche kostschool had doorgebracht.

Zij kwam wel eens met hen bij Sir John, en sprak ze ook wel in haar eigen huis; maar waar het ook mocht zijn, zij was altijd in haar nopjes, verrukt en gewichtig, Charlotte's welbevinden toeschrijvend aan háár goede zorgen, en steeds bereid tot een zoo nauwkeurige en uitvoerige beschrijving van haar gezondheidstoestand, als alleen Juffrouw Steele nieuwsgierig genoeg was te verlangen.

Dat is toch een vreemd soort van fijngevoeligheid, dunkt mij! Maar ik wil je niet storen." "Je kunt zelf alles 't beste beoordeelen. Adieu, lieve kind. Sedert Charlotte's bevalling is er niets gebeurd, dat mij zooveel pleizier deed." Zij ging, maar kwam een oogenblik later terug. "Ik dacht daarjuist aan Betty's zuster, kindje. Ik zou blij zijn voor haar, als ze zoo'n goeden dienst kreeg.

Ter gelegenheid van Charlotte's jaardag komen de graaf en de barones op het slot logeeren, en een vriend, Mittler, wiens specialiteit het is, familietwisten te beslechten en bij te leggen, vertrekt overhaast nadat hij gewaarschuwd heeft, dat deze twee echtschenners ongeluk zullen aanbrengen.

De avond valt; Ottilie zal met het kind naar huis varen. Zij en Eduard, die te zamen het bestaan van het schepseltje tot een leugen maakten, hebben hieraan schuld. Op het slot valt Ottilie met het hoofd op Charlotte's knieën in onmacht. Deze laatste stemt nu in de scheiding toe, zonder intusschen haar minnaar hoop te laten.

Hij verlaat zijn toovertuin en vestigt zich met Charlotte's zoontje Fritz in een prozaïsch stadshuis op het Frauenplan, dat beter past bij zijn drukke "Geschäfte". Slechts hij die zichzelf verloochent kan heerschen, meent hij.