Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 7 juli 2025
O God! ik zal geen stuk meer kunnen eten, nu ik verneem, dat elk stuk van achten, hetwelk voor mijne tafel wordt uitgegeven, het onderhoud van een lijdend huisgezin had kunnen verzekeren." "Nu! ik mag het lijden," zeide Mechtelt: "maar gij krijgt het van onzen Heer niet gedaan, boutje! hij is een mild en edel meester, dat is hij! die niet wil, dat iemand in zijn huis gebrek lijde."
Hij vernam geen geluid, behalve het gefluister van heeren, die dames courtiseerden; het zachte lagchen van meisjes, die elkander op ridicule toiletten opmerkzaam maakten; het eenigszins luider spreken om attentie te trekken, van mama's, die misschien wat heel veel dochters hadden; en het gegrinnik van oude zondaars, die eene nieuwe beauté zagen, aan welke zij den vereerenden naam van "een lekker boutje" gaven.
"Boutje!" antwoordde Van der Hoogen, die in dit gezelschap zijn lievelingsterm charmant voor een minder onschuldigen scheen te moeten verwisselen, "het zwartje is zoo verd .... mooi." "Kinderachtig!" hernam de ander; "een reden te meer om geduld te hebben.
Hoewel het geluid kwam uit een boschje; dat niet in onze richting lag, besloten we toch eene poging te wagen dit uiterst smakelijke boutje te bemachtigen. We begaven ons dus dien kant uit.
En in het benauwde vierkant klepte nu laf door de muren heen de slofstap van een ganger op straat, in kalm zakkenden pas voorbij. "Nous sommes en plein quartier arabe," zei Vogel, "er komen niet veel Europeanen langs hier." Uit de gapende veêrvacht pelden zijn smoezelige vingers het boutje, koudbloedig, armelijk verscheen het. Hij snoof door den neus.
Men ziet de lange rijen van familiebanken, elk zorgvuldig afgescheiden van alle andere en door een deur, die van binnen gesloten werd met een stevigen grendel of in geval dat de bezitter van hoogeren stand was met een klein koperen boutje, afgescheiden van het publiek in de gangen.
Niet veel, waagde Snepvangers en wou zijn boutje weer vastgrijpen. Neen, niks, Papa, niks, absoluut niks, klonk vernietigend het betoog uit den mond van den drogist, zoodat Snepvangers de hand van het kippenboutje aftrok. Dat is wat straf, Antoine, verweerde hij zich. Neen, niks, niks, niks! Een korreltje zand in de woestijn, een druppel water in de zee... een molecule... Watte?
Snepvangers verschrok, liet het kippen boutje, waaraan hij zoo blijhartig te kluiven zat, terug in zijn bord vallen, loerde bedeesd naar zijn teljoor en vond in zijn bedremmeling geen antwoord. Met zijn plakkerige hand streek hij zich over zijn kort-grijs stekelhaar, voelde aller oogen op hem gevestigd. Ja, wat is een mensch tegenover het heelal?
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek