United States or Nauru ? Vote for the TOP Country of the Week !


Ik ben nooit in de gelegenheid geweest, de dienst bij te wonen, dan slechts eens: bij de processie ter eere der schutspatronesse. Het schijnt, dat de bonzen, in gewone tijden, zich er toe bepalen om, zoo te zeggen, eenige uren van den dag zitting te houden.

Een groep bonzen bedient dit heiligdom en woont in de gebouwen van het eigenlijke paleis. Teleurstelling! Het paleis is slechts een hut van stroo, een groote hut wel, lang en diep, maar toch op verre na geen vorstelijk verblijf.

Zij dansten over stok en steen; maar zij hadden geen tijd om toe te zien, hoe de koude en de tijd de oude steenen kisting hadden geteisterd. Toen kwam het water in 't voorjaar en de kisting begon te wijken. De waterval bij Ekeby is een geweldige grauw steenen trap, waar de golven van de Björksjöbeek bruisend langs storten. Ze worden duizelig van de vaart, tuimelen omver en bonzen tegen elkaar.

Welk een kalmte! Dit volk, met meel en vet gevoed, heeft geen zenuwen. Breed, zwaar, gezet zonder dik te zijn, herinneren die mannen, die geen begrip van gebrek en ellende hebben aan chineesche bonzen, in rieten stoelen gezeten, die langzaam onder hun bolle oogen hun duimen draaien boven hun buik in stille overpeinzing, zonder op den voortgang van den tijd te letten.

Een volk, zoo gruwzaam, hief sints twee paar deinzende eeuwen, Den stuggen nek omhoog, onbandig fier als leeuwen. Des aardrijks bodem dreunt op 't bonzen van zijn' voet.

En hoe het dan afliep met zijn helden vertrouwde hij aan het frissche witgekleede vrouwtje toe.... Die bracht het stillekens aan de moeder over. Den volgenden avond werd dan de ontknooping ingericht, zooals hij die graag had; opgewonden luisterde hij naar de vervulling van zijn wenschen, en "men kon zijn hartje onder zijn kanten kraag zien bonzen".

Nog nooit had ik zóó gereden! Nu nog, als ik er aan terug denk, voel ik als 't ware die wilde opzweeping, dat rijden op leven en dood, dat hijgen en dat bonzen van mijn hart en de zweetstralen die in de straffe winterzon langs mijn gloeiende wangen stroomden. "Die moet er zijn!" riepen de schaatsenrijders, die mij als een bezetene langs hen heen zagen razen.

Als er maar iemand bij hem kwam, dan ging dat weg, maar als hij alleen was drukte 't hem, dat zwijgend wachten. En van avond benauwde 't hem bizonder, werd 't als een last op zijn borst. Ook buiten was 't stil. Hij hoorde een kerkklok loom bonzen tien uur. De sombere nagalm hing laag boven de huizen....

De pijnboomen der laan te Benten zijn slank, spichtig en, meerendeels, eenigszins gebogen door den invloed der zeewinden. Van afstand tot afstand dragen zij lange dwarsbalken waaraan de bonzen, op feestdagen, opschriften, kransen en vlaggen hechten. Aan het einde der laan verrijst een tweede tori, minder hoog dan de eerste, zoo als dat, om den wille der perspectief, behoort.

Hij greep haar met zijn beide knuisten om de keel, duwde, trok en wrong tot zij weer onder lag; en toen liet hij zijn rechterhand los terwijl hij met de linker knelde en worgde, sloeg en beukte hij nu met de gebalde vuist in haar gezicht, zoo hard en zoo snel als hij kon. Zij slaakte korte kreten, als een rauw en heesch gebrul, tusschen de steeds woester neerbeukende bonzen.