Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 19 juni 2025


Daartegen kwam men op, omdat zulk een reuzenvuur een groot gevaar voor het heele land zou kunnen worden en men overlegde of het niet het beste zou zijn als uwe bedienden heimelijk een zoo scherp vergift in uw hemd zouden gooien, dat zoo bijtend was, dat het uw hemd met uw vleesch zou verteren .

"Puur, man, puur", raadde hij Bertie, die een groot glas voor twee derden gevuld met het bijtend goedje onvermengd naar binnen slokte, en zat te hoesten en te kuchen tot de tranen hem langs de wangen liepen. Harriwell voelde zijn pols en nam zijn temperatuur op, en twijfelde weer of de omelet wel vergiftigd was geweest.

Zich op de lippen bijtend van verbeten woede, reed hij den heuvel weer op, waar Ginevra hem wachtte en vroeg haar verlof om den vreemdeling te volgen, tot hij aan eene plaats zou komen, waar hij zich wapenen en rusting kon verschaffen, om zich over de hem aangedane beleediging te wreken.

Ze lag aangekleed op de gestikte, gestopte deken, languit, op 'r rug. De armen van 't kussen gegleden, slapten wijduit, als in kruisiging, 'r Borst zwakte op en neer. Ze moest wel diep-vermoeid in slaap zijn geraakt, zoo rustig bewoog 't ademgeluid, zoo wit bleekte 'r gezichtje in 't bijtend zwart van 't haar.

Fluks geven zij die dwazen de voorkeur boven hunne stemmige wijzen, hoewel ook dezen fatsoenshalve door hen nagehouden worden. De reden is niet ver te zoeken, dunkt mij. De wijzen hebben den vorsten niets dan onaangename zaken mede te deelen, en, steunend op hunne uitgebreide kennis, ontzien zij zich niet altijd tedere ooren bijtend te grieven.

De kozijnen schuim-zwalpend en bijtend leken te scheuren onder het zwart der ruiten en de koppen van Moppes, Leon, Hes, Rijst en den potjongen hadden plots heesche kleuren, doorblauwd-wit en paarse vervluchtging als van lijken. "Hèèè!", schrikte de jongen.

't Liedje was uit en al het drukke van den warmen dag keerde weer in dezelfde rost en den vrede met den gewonen zomeravond. Dien zondagmorgen was het bijtend winterweer.

't Ligt te lage. Goedele bukte zich. De iodoformreuk walmde nu bijtend over haar gelaat omhooge. Ze schoof hare handen onder de heete dekens en hief zoetekens het kind uit den warmen konk, waar 't zijn koortse broeide. 't Was pluimlichte. Ze raakte, door 't fijne hemdeken, het tengere ruggebeen en de ringen van de ribbetjes.

Men ziet in, dat de mensch verwant moet zijn aan het een of ander bijtend dier, als men deze wezens aanschouwt. Daarentegen zijn ze schoon, als men alleen op den lichaamsbouw let; ze zijn als uit marmer gehouwen en van heerlijke lenigheid.

Even kregen zij ruzie daarover. Scheldende monden snauwden elkaar bijtend toe en de verkleurde piekharen schenen dreigend overeind te rijzen. Het duurde maar een oogenblik. Alles kwam tot bedaren en weldra verspreidden de koewachtertjes zich joelend en zingend en zweepklappend over de groene uitgestrektheid van het met rustig-grazend vee bebloemde weilandschap.

Woord Van De Dag

verduldige

Anderen Op Zoek