Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 23 juni 2025
Aartsbisschop Roderick van Toledo trad streng op tegen die Spaansche juglares, die de heldendaden van Karel den Groote in Spanje bezongen, en Alfonso de Wijze trachtte, zooveel het hem mogelijk was, de mythische overwinningen van den Frankischen keizer te kleineeren. Maar dit was niet alles.
Burgos was de eerste stad geweest, die de gunst genoot, afgevaardigden naar de Cortes te zenden, en zij behield zich dientengevolge steeds het recht voor, een eerste stem uit te brengen, zoodat Koning Alfonso XI in de Cortes van 1349 genoodzaakt was, te zeggen: "Laat Burgos het eerst spreken; ik treed op voor Toledo."
Hij bezat de geheimzinnige juruparis van de Rio-Negro Indianen, die de vrouwen niet zien mogen, de jonge lieden eerst na veel vasten en geeseling; de kruiken der Peruanen, die met het schelle geluid van vogels klinken; de fluiten van menschenbeenderen, zooals Alfonso de Ovalle in Chili ze hoorde; de klankvolle groene jaspis-steenen, die men vindt bij Cuzco, die een toon geven van wonderlijke zoetheid.
Maar Don Alfonso was ontroerd bij dit gezicht, en hem opheffende, gaf hij hem de verzekering van zijn gunst en van zijn liefde, bij welke betuiging de Cid diep bewogen was, en van vreugde schreide. Toen richtte de Koning een schitterend feestmaal aan, en toen dit ten einde liep, deed hij namens de Infantes van Carrión aanzoek om de hand zijner dochters.
Toen de jonge Bernaldo de Carpio den mannelijken leeftijd bereikt had, was hij, zooals zooveel romanhelden, niet bekend met de omstandigheid, dat hij van vorstelijken bloede was; want zijn moeder was een zuster van Don Alfonso van Castilië en was in het geheim gehuwd met den dapperen en edelen Graaf de Sandras de Saldaña.
Hij verzekerde Bernaldo, dat zijn vader in vrijheid zou worden gesteld, wanneer hij er in toestemde, het groote kasteel Carpio aan hem af te staan. De jonge ridder gaf hem oogenblikkelijk zelf de sleutels over en smeekte, dat zijn vader hem dadelijk zou worden teruggegeven. Als antwoord wees de verraderlijke Alfonso op een troep ruiters, die in galop naderden.
Alfonso luisterde met de grootste aandacht naar deze uitlegging, en toen de wijzen zwegen, zeide hij: »Het schijnt mij toe, dat uw verklaring niet de juiste is, want die, welke mijn eigen hart mij geeft, is van geheel anderen aard en kondigt mij dood en verderf aan.«
Maar het was de bedoeling van den Cid, hen te treffen met alle middelen, die hem ten dienste stonden, en toen hij dus de kostbare zwaarden uit de hand van Alfonso had ontvangen, bood hij ze oogenblikkelijk Felix Muñoz en Martinez Antolinez aan, daarmede te kennen gevende, dat hij ze niet voor zichzelf begeerd had. Daarna wendde hij zich weer tot den Koning.
Intusschen was Alvarez Fañez naar het Hof gereisd, en had den Koning de dertig prachtige paarden, die zij veroverd hadden, ten geschenke aangeboden. »Nog is het geen tijd om den Cid weder in genade aan te nemen«, zeide Alfonso; »maar daar deze paarden van de ongeloovigen komen, heb ik geen bezwaar ze aan te nemen. Ik schenk u vergiffenis, Alvarez Fañez, en hef uw ballingschap op.
Alfonso gaf dadelijk bevel, dat men den wijze in zijn tegenwoordigheid zou brengen; en spoedig daarna keerden de Moorsche ridders terug met den man over wien zij gesproken hadden, den Fakir Mohammed Aben Iza, die echter beslist weigerde den droom van een afvallige te verklaren; en toen hij hoorde voor welk doel hij ontboden was, wilde hij zelfs niet het paleis betreden.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek