United States or Norway ? Vote for the TOP Country of the Week !


Degene, die het bier in Geeraarts aangezicht gesmeten had, raapte den Stooter van den grond, en, hem bezien hebbende, wierp hij hem met afschrik op eene tafel. "Ziet, ziet, er is bloed aan den Stooter," riep hij, "menschenbloed!" Al zijne makkers drongen rondom de tafel, en deinsden van schrik weder achteruit, alsof zij het lijk gezien hadden, waarvan zij dit bloed waanden voort te komen.

De jongeling dronk met haast en ledigde in éénen teug de kan tot op de helft; dan deze op den toog plaatsende, gaf hij eenen Stooter van twee stuivers aan de waardinne. Gelijk zij hem eenen Blank wilde teruggeven, kwam een der gasten met drift van de andere zijde der kamer toegesprongen, vatte de kan van den toog en smeet het bier, dat ze nog bevatte, in het aangezicht van den bevenden jongeling.

Een algemeene schreeuw van smaad en afgrijzen werd tegen Geeraart uitgegalmd. De jongeling wist, dat dit verwijt valsch was; want hij had denzelfden Stooter nog dien avond, tijdens het lof, van eene stoelenzetster in de kerk ontvangen. De onrechtvaardigheid zijner vijanden vervoerden hem dermate tot gramschap, dat hij zijne koelheid gansch verloor, en van toorn zoo bleek werd als een linnen doek.

Zijnen hoed dieper op het hoofd geplaatst hebbende, sprong hij in woede tot bij de tafel, waarop de Stooter lag, en borst als een dolle leeuw tegen zijne vijanden uit: "Boosaardigen! Wat raast gij van bloed? Ziet gij niet, dat dit stuk geld van eene slechte stof is, en dat het rood schijnt gelijk alle andere Stooters? Maar, neen, de lust tot kwaad verblindt u.

Hopen wy dat de Hemel hem niet gesloten bleef, omdat hy oorzaak was dat m'nheer Pompile's baard gevaar liep 'n dag langer te zyn dan anders te verwachten is van zestien welgetelde duiten scheerloon in de week. Zooveel namelyk bedroeg de "stooter" waarvan we zoo-even iets vernamen als bydrage tot de Lukullische weelderigheid van den jongeheer Pompile.

De stem van den jongeling was zoo zoet en zoo treffend, dat de waardin zich er over verwonderde; zij kon niet begrijpen, hoe het mogelijk was, dat iemand zoo zachtmoedig bleve, nadat men hem zoo hard had behandeld. Een traan blonk in haar oog, en den Stooter van den toog opvattende, wierp zij hem Geeraart toe, zeggende: "Daar, ik wil uw geld niet: neem het en ga met vrede!"

Versterkend? zeit meester, niks zeit ie: de rijken drinken het om de maag, die nooit trek heeft wat grager te maken; en lekker? meester had eens op een trouwerij het spelletje gezien, dat ze met de oogen dicht geen onderscheid tusschen wijn en water konden proeven, dat had ie zelf mee ondervonden, en nu zeg ik: als dát je lekker is, dan komt er toch ook voor een stooter verbeelding bij.

Nog heden komen de geslachtsnamen Stuiver en De Stuyver voor, alsmede Kroonstuiver, dat zeker de naam is van eene byzondere soort van stuiver, in stempel of muntslag verschillende van den gewonen. De stooter is geen eigenlike munt; het is de volksnaam voor eene geldsweerde van 12-1/2 cent. Dit woord formt den geslachtsnaam Stooter, die ook als patronymikon, Stooters, voorkomt.

Nog andere menschenvrienden kwamen by lange tusschenpoozen de welsprekendheid van die klok afbreken, en Wouter had ze wel willen kussen. Heel eindelyk schelde de barbier. Ook deze werd uitgenoodigd te wachten tot "m'nheer òp zou zyn." Dat doe-n-ik niet, zei de man. Ik kan al m'n andere klanten niet laten wachten op één van 'n stooter in de week! En hy ging. Wat 'n brutale barbier!