United States or Tajikistan ? Vote for the TOP Country of the Week !


Maar de groote rivieren zijn vol schepen en rijk aan uitmuntende visschen, want zelden krijgen zij visch van de zee, omdat de zeevisschen van dezelfde grootte als die in Europa zijn, en diensvolgens het vangen niet waard, waardoor het duidelijk is, dat de natuur in het voortbrengen van planten en dieren van een zoo buitengewonen omvang geheel tot dit vasteland begrensd is, de redenen waarom ik den wijsgeeren te vinden overlaat.

De waare dolphyn, die onder het geslacht der groote zeevisschen behoord, wierd oudtyds door de Dichters hoog geroemd, uit hoofde van deszelfs liefde tot de menschen, en andere deugden, die men in denzelven vooronderstelde; maar dit kan men niet zeggen van den zeebraassem, of den hedendaagschen dolphyn. Dit dier is uittermaaten vernielend en vraatächtig.

Twaalf voet lange haaien, door duikers in deze zee zoo gevreesd, wedijverden met hen in snelheid; zeevisschen, bekend om den fijnen reuk; goudvisschen, prachtige steuren, schoten langs ons glas, en raakten het somwijlen aan. Ik geloof, dat toen wij de Adriatische Zee voorbijvoeren, ik ook twee of drie potvisschen heb gezien.

Te Serang kocht eene huisvrouw een kakap, een der smakelijkste Indische zeevisschen. Toen het dier geopend werd vond men in de maag twee menschenvingers, die nog van nagels voorzien waren. De visch, die ter markt kwam te Serang, was dan ook "moddervet" en werd gretig gekocht door de Chineezen ten einde ze te drogen.

De oppervlakte deezer vinnen is van eene goud-kleur, en derzelver uiteinden zyn heerlyk met hemelsblauw gespikkeld; haare lengte staat gelyk met die van het lyf van den visch, en deszelfs vlucht, waar van hy geen gebruik maakt, dan om de vervolging van den zee-braassem of van eenigen anderen geduchten vyand te ontwyken, is altoos recht uit, en van korten duur, uit hoofde van de noodzakelykheid, waarin hy zig bevind, om zyne wieken dikwils nat te maaken . Men vind visschen van dit soort dikwils op de Schepen; zy blyven aldaar aan 't wand hangen, het geen men moet toeschryven, niet, zoo als zommige Schryvers voorwenden, om dat zy aldaar eene schuilplaats zoeken tegen de aanvallen van Vogelen of Zeevisschen, maar om dat zy altoos lynrecht voortvliegende, hunne vlucht door een of ander voorwerp, het welk zy niet kunnen ontwyken, word tegengehouden.

Dat bijv. het zeewater zout is, kan als een gevolg van het toeval beschouwd worden, doch de op blz. 7 gemelde oorzaak heeft de organisatie der zeevisschen voor het leven in dit zoute water geschikt gemaakt, omdat die schepselen, niet ten gevolge hunner eigen denking, de zee zijn gaan bewonen. Wij menschen verkeeren daarentegen in een ander geval.

Gedurende de dagen volgende op de uitbarsting vierden de krokodillen of "kaailui" zooals ze in Indië genoemd worden, die men in grooten getale aan de monden der Bantamsche rivieren aantreft, feest. Zij gingen te gast op de duizenden lijken, die de zee had medegesleept. Niet alleen de haaien, maar ook de andere zeevisschen hadden gedurende dien tijd een koningsmaaltijd.

De oppervlakte deezer vinnen is van eene goud-kleur, en derzelver uiteinden zyn heerlyk met hemelsblauw gespikkeld; haare lengte staat gelyk met die van het lyf van den visch, en deszelfs vlucht, waar van hy geen gebruik maakt, dan om de vervolging van den zee-braassem of van eenigen anderen geduchten vyand te ontwyken, is altoos recht uit, en van korten duur, uit hoofde van de noodzakelykheid, waarin hy zig bevind, om zyne wieken dikwils nat te maaken . Men vind visschen van dit soort dikwils op de Schepen; zy blyven aldaar aan 't wand hangen, het geen men moet toeschryven, niet, zoo als zommige Schryvers voorwenden, om dat zy aldaar eene schuilplaats zoeken tegen de aanvallen van Vogelen of Zeevisschen, maar om dat zy altoos lynrecht voortvliegende, hunne vlucht door een of ander voorwerp, het welk zy niet kunnen ontwyken, word tegengehouden.

Sedert het vinden van de jeugdstadia van den aal ten westen van Ierland in diepten van tot duizend meter heeft getoond, hoe ver nuttige visschen onder bepaalde omstandigheden hun verbreidingsgebied zeewaarts uitstrekken, zou een onderzoek van die omstandigheden en van het als oervoedsel de verspreiding der zeevisschen beheerschende plankton van wezenlijk belang zijn.

Het naar zee terugkeerende water. De drijvende lijken. Feestmaal der krokodillen, haaien en andere zeevisschen. Vondst in de maag van een kakap. Kluwens van boomstammen, lijken en huizen liggen in modderpoelen. De plantengroei tegenover den modderregen. Het begraven der lijken en het desinfecteeren. Aantal verwoeste dorpen en slachtoffers der zeebeving.