Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 28 juli 2025


Doch al deze drie waren geene beslissende, maar slechts raadgevende lichamen, met wier voorlichting de hertogin, zoo zij wilde, haar voordeel konde doen, doch aan wier gevoelen zij niet gebonden was. Tot voorzitter van den raad van finantiën werd de baron van Barlaimont, tot voorzitter van den geheimen raad, die uit een twaalftal geleerden bestond, Viglius van Zuichem van Aytta benoemd.

Oranje, Egmond en de admiraal, graaf van Hoorne, die nadat hij den koning naar Spanje vergezeld had, zijne plaats in den staatsraad had ingenomen, werden tot de zittingen slechts bij de onbelangrijkste aangelegenheden toegelaten. Alle gewichtige zaken deed Granvelle af in den bijzonderen raad, de zoogenaamde consulta, met Barlaimont en Viglius, die hun gevoelen steeds aan het zijne onderwierpen.

Viglius, de oude raadsheer, was zoo lang des hertogs gehoorzame dienaar geweest als hij dezen alvermogend waande; doch thans had hij bepaalde berichten uit Spanje ontvangen, volgens welke Alba sterk in des konings gunst gedaald was, ja Philips II niet bijzonder veel belang stelde in de heffing van die belastingen.

In weerwil hiervan drongen Viglius en de overige kardinalisten op hunne afkondiging aan, dewijl de koning het zoo wilde, terwijl Oranje opmerkzaam maakte op de noodlottige gevolgen, die daaruit konden voortvloeien.

Elbertus Leoninus, die de erfgenaam van Viglius' ambten geworden was, de hertog van Aerschot en andere aanzienlijke mannen waren leden van dit gezantschap, dat in last had, den prins van Oranje tot inschikkelijkheid, tot erkenning van den goeverneur-generaal en tot onderwerping aan het eeuwig edict te bewegen. Doch de prins was doof voor alle smeekingen en schoonschijnende redeneeringen.

Deze Schrijver maakt tevens gewag in de Aanteekeningen op zijn eerste Deel van den glazen beker, door Viglius aan Keizer Karel toegebragt, toen deze Utrecht bezocht heeft, en welke naderhand op vele gastmalen gebruikt werd, wanneer men hem al drinkende ronddraaide, om met de lippen dezelfde plaats te treffen, als die de Keizer had aangeroerd.

Een rechtsgeleerd advies, door den geleerden Viglius opgesteld, trachtte deze zijne handelwijze te wettigen. Viglius had namelijk gepoogd te bewijzen, dat de bescherming, welke de statuten van het Gulden Vlies den ridders dier orde verleende, zich niet uitstrekte tot zulke misdaden als waarvan Egmond en Hoorne beschuldigd werden.

In den staatsraad, het belangrijkste lichaam, kregen zitting: Viglius, Barlaimont, Granvelle, bisschop van Arras, de prins van Oranje en de graaf van Egmond; een weinig later nog eenige andere heeren, als de heer van Glaion en de admiraal, graaf van Hoorne. Voor de verschillende provinciën benoemde Philips stadhouders; die onder het opperbevel der landvoogdes zouden staan.

Doch Viglius liet zich geen vrees aanjagen; daartoe gevoelde hij zich veel te sterk ten gevolge van de gunst, waarin hij zelf bij den koning stond. Ook bij de overige raadsleden vond hij steun: zelfs Barlaimont koos zijne zijde. In weerwil van dezen tegenstand bleef Alba in zijn plan volharden.

Toen Uilenspiegel vernam dat de Groote Raad van Mechelen, door den mond van zijnen voorzitter Viglius, geboden had den beeldenstorm geenerlei verzet te bieden, sprak hij: Laas! de oogst is rijp voor de Spaansche maaiers. De hertog! de hertog nadert! Vlamingen, de zee, de zee der wrake wast. Arme vrouwen en meidekens, vlucht den put. Arme mannen, vlucht de galg, het vuur en het zweerd!

Woord Van De Dag

soepe

Anderen Op Zoek