United States or Poland ? Vote for the TOP Country of the Week !


"De zwengel is gebroken, mijnheer," zei de postillon, "en ik weet nu niet, hoe het paard in te spannen; 's nachts is deze weg schrikkelijk slecht; zoo ge naar Tinques wildet terugkeeren en er van nacht slapen, zouden wij morgenochtend vroeg te Arras kunnen zijn." Hij antwoordde: "Hebt ge touw en een mes?" "Ja, mijnheer." Hij sneed een boomtak en maakte er een zwengel van.

't Zijn overal binnenwegen. Luister, mijnheer," voegde de straatmaker er bij; "wil ik u een goeden raad geven? Uw paard is vermoeid; keer terug naar Tinques. Er is een goede herberg. Blijf er van nacht en ga morgen naar Arras." "Ik moet er hedenavond zijn." "Dat is iets anders. Ga dan evenwel naar die herberg en neem er een versch paard. De knecht zal u over den binnenweg rijden."

De avond daalde juist, toen de kinderen, die uit de school kwamen, den reiziger Tinques zagen binnenrijden. Men was, 't is waar, nog in de korte dagen van het jaar. Hij hield zich te Tinques niet op. Toen hij uit het dorp reed, hief een straatmaker die aan den weg werkzaam was, het hoofd op en zeide: "Nu, dat paard is wel vermoeid!" Inderdaad het arme dier ging slechts stapvoets.

Hij vroeg aan dezen: "Waarom maken ze hier het brood zoo bitter?" De voerman was een Duitscher en verstond hem niet. Toen keerde Madeleine naar den stal bij het paard terug. Een uur later had hij Saint-Pol verlaten en reed naar Tinques, dat slechts vijf uren van Arras ligt. Wat deed hij gedurende dien rit? Waaraan dacht hij?