Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 28 juni 2025


Voorts herinnerde hij aan het voorstel dat hij via Rauter gedaan had en aan de weigering van de kerken. Maar, als dit land nu toneel van militaire acties zou worden, dan zou hij niet kunnen beletten dat de betrokkenen weggevoerd zouden worden. Maar bij Himmler had Seyss-Inquart tenminste nog kunnen bereiken, dat het transport naar Theresienstadt zou gaan.

Neen, barmhartigheid jegens hen was misplaatst; alleen kon men, voorzover het algemeen belang zulks gedoogde, recht en gerechtigheid jegens hen laten gelden. Dat was de reactie van Seyss-Inquart, naar de aantekeningen van officiaal Van de Loo en weergegeven in "Delleman". Mgr. Van de Loo was het die tijdens de discussie terugkwam op het lot der Joden: <80> foto 14.

In de brief aan Seyss-Inquart is het zelfs nog iets scherper geformuleerd dan in de kanselafkondiging: "Om der wille van het recht Gods mag door niemand enige medewerking worden verleend aan daden van onrecht, omdat men zich daardoor aan dat onrecht medeschuldig maakt." De politie-agenten bijv. die de opdracht kregen om Joden of ondergedoken arbeiders te arresteren, wisten nu, wat hun plicht was.

In bovengenoemd Getuigenis was de audientie bij Seyss-Inquart niet vermeld. Het I.K.O. had toch een stap terug gedaan. Toch denke men vanuit onze situatie niet te gemakkelijk over de zwaarte van de dilemma's van toen. Enkele predikanten en diverse gemeenteleden waren al omgekomen in het concentratiekamp.

Ook hiertegen hebben de kerken die verenigd waren in het I.K.O. scherp geprotesteerd, in een brief aan Seyss-Inquart gedateerd 14 oktober 1943: Meer dan eens hebben de Christelijke Kerken in Nederland zich tot Uwe Excellentie gewend in aangelegenheden betreffende de Joodse burgers van ons land, die van oudsher in Nederland gevestigd en in ons volksleven opgenomen waren.

Overwogen is toen om af te zien van de audientie, maar ten slotte besloot men dat prof. W.J. Aalders in de plaats van Schotten de Hervormde vertegenwoordiger zou zijn. Een portret van Hitler hing aan de muur. Aan de ene kant van een grote, ronde tafel zat Seyss-Inquart, met aan zijn rechterhand prof. Schrieke en links F. Schmidt. Tegenover hem mgr. Van de Loo, prof. Aalders en dr. Van Dijk.

Waarop de kerken nogmaals aan Seyss-Inquart een brief gestuurd hebben waarin zij schreven dat zij "Uwe Excellentie beschouwen als de uiteindelijk verantwoordelijke voor alles wat in ons land gedurende de bezettingsjaren geschied is en nog geschiedt." c. De Joden-God" en de "Joden-bijbel"

De kerken vroegen drie dagen bedenktijd, maar weigerden reeds de volgende dag, zich beroepend op eerder door Seyss-Inquart gedane beloften. Mocht de situatie rondom Westerbork in verband met de invasie onveilig worden, dan diende men de betrokkenen niet naar Theresienstadt over te brengen maar hen vrij te laten; aldus de kerken.

De om menigvuldige redenen groeiende onrust en verontwaardiging kunnen niet afnemen, als voortgevaren wordt met maatregelen, die het Nederlandse volk in zijn diepste religieuze en morele gevoelens kwetsen. De toon van dit protest is krachtig; de argumenten zijn deels ontleend aan de bijbel, deels ook gebaseerd op algemene overwegingen die Seyss-Inquart meer zullen hebben aangesproken.

Koningin Wilhelmina was met haar gezin gevlucht. De ministers waren in Londen: een Regering in ballingschap. De Oostenrijker Arthur Seyss-Inquart werd benoemd tot Rijkscommissaris over het bezette Nederland. Op 29 mei nam hij het burgerlijke bestuur over en hield ter gelegenheid daarvan een rede in de Ridderzaal, de plaats waar de Koningin op Prinsjesdag de Troonrede placht voor te lezen.

Woord Van De Dag

zelenika

Anderen Op Zoek