Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 2 juni 2025


Bethken was ten uiterste in haren schik met onzen Belg, zooals zij mij noemde; zij roemde zijn verstand als eene wonderheid; zij was hem vriendelijk en nam hem bij de hand, wanneer zij hem ter tafel wilde loepen; maar haar voorhoofd bleef leliewit, en als het schaamrood mijne wangen kleurde, glimlachte zij met schuldelooze vrijheid.

Zoo gaarne zou hij Moeder die versnapering hebben aangeboden, en nu waren zij gestolen. "'t Is gemeen!" riep hij met gebalde vuisten, "'t Is slecht, maar ik zal...." Doch plotseling zweeg hij, en het schaamrood bedekte hem de kaken. "Ik heb het zelf ook gedaan," mompelde hij. "Ik ben even slecht als zij, ik ben ook een dief, een leelijke dief!

Want Wralda die mild is, keert hem af van de gierigen. Fåsta heeft ons geraden en boven de deuren van alle onze burgten is 't gegrift in steen: zijt ge erg baatzuchtig, zeide Fåsta, behoed dan uwe naasten, onderricht dan uwe naasten, help dan uwe naasten, zoo zullen zij het u wederom doen. Is u deze raad niet goed genoeg, ik weet geene betere voor u. De man werd schaamrood en droop stil af.

Om twee-en-twintig zonen weende ik nooit, Wijl zij op 't edel bed der eere stierven; Om dezen schrijf ik thans in 't stof, tribunen, Mijn harteleed en mijner ziele tranen. Laat mij der aarde dorst met tranen lesschen; Zij wierd schaamrood van mijner zonen bloed.

Als zij 't venster nu ging sluiten, Zou de minnezanger buiten, Haar in de onderkeurs bespiên; En dies zocht zij, schaamrood, schuchter, Met de vingers om den luchter, Achter 't saai gordijn te vliên. Maar al had zij hooren praten, Dat hij dra wordt ingelaten Die 't ons op zijn luit bediedt, Niet te luist'ren naar zijn bede, Niet te naad'ren ook geen schrede, Dat gedoogde 't hartjen niet.

Woord Van De Dag

verduldige

Anderen Op Zoek