United States or Austria ? Vote for the TOP Country of the Week !


En toen ze eindlijk òp 't dak mochten, en meneer in de scheemring als 'n monsterdier zagen vliegen óver de schoorsteenen en óver de linksche dakspitsing heen, meneer die lustig 'n Henry Clay rookte, alsof-ie 'n wandelingetje maakte toen ze de ongewoonheid van goten en dakpannen en diepten te boven waren, werden ze zóó opgewonden, zoo vliegbezeten, dat meneer ze kalmeeren moest en meerdere dakpannen omlaag roffelden, met het resultaat dat Chris in 'r nachttoilet en Kobus met het mes in z'n hand, juffrouw Amélie's eersten tocht rond het dak verrasten.

Vervolgens kwam een Vlaamsch vendel van tweehonderd soldaten, met zijn kapitein, zijn vendrig, en verdeeld in twee afdeelingen van honderd man, elk aangevoerd door de bent-serjanten, en onderverdeeld in rotten, geleid door tiendeniers of rotmeesters. De provoost en zijne stokknechten waren mede voorafgegaan door pijpers en tamboerijnslagers, die bliezen en roffelden om 't hardst.

Plotseling roffelden de trommels, bliezen de pijpen en zetten de soldaten zich weder op marsch. Messire van Beauvoir beval Uilenspiegel van den boom te komen en nevens de soldaten te stappen.

Bij tusschenpoozen roffelden de trommen en piepten klagelijk de pijpers. En dan zongen zij, met zware, logge stemmen, griezelig droef-klinkende liederen.

Toen de arme het plein opreed, speelde de muziek en roffelden de trommels, en alle soldaten presenteerden met een ernstig gezicht het geweer voor koningin Koolraap, die den koning kwam bezoeken. Dat was alles een grapje van den koning, die veel schik had in 't geval. De arme wist eerst niet, wat hij van de heele vertooning denken moest, hij was er wat verlegen mee.

Te dien tijde werden te Brussel, op de Peerdenmarkt de heeren onthalsd, die zich door verrassing hadden willen meester maken van Amsterdam. En toen zij, geachttienen, naar de strafplaats gingen en psalmen zongen, roffelden tamboerijnen den heelen weg langs. En de Spaansche soldaten, die hen begeleidden met brandende toortsen, brachten hun overal brandwonden toe.

Bijna te zelfder tijd roffelden de trommen en schetterden de trompetten op het bivak, onder de vensters... Officieren, soldaten, alles vloog langs de breede marmertrappen naar beneden, om op de straat veiligheid te zoeken. Bij de poort kwam Jakob in volle vaart op hen toesnellen.

Uit de straten kwamen de krijgslieden, de trommen roffelden en voor het paleis groeiden de rustige rijen van mannen te paard, terwijl uit de drommen der stedelingen het stemmengeraas aanzwol tot hartstochtelijk geluid. Reeds riepen zij van ketters, heidenen, moordenaars, en klonk er gejuich voor Lugina en den Paus.

De trompetten schetterden, de klarinetten krijschten, de trommen roffelden, de pauken donderden, de fluiten gilden, en dat alles gelijktijdig en met zoo doordringend geweld en zoo aanhoudend, dat men wel op staanden voet met doofheid had willen geslagen zijn.