Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 24 mei 2025


Deze derde is zijn vriend Carlos, een koel-verstandig, practiesch vereerder, die hem door zijn mephistofelische inblazingen toont de wreede noodzakelijkheid van het aardsche leven; hier: de noodzakelijkheid om Marie te verstooten, teneinde in haar plaats een vrouw van positie te kunnen huwen. Clavigo hecht aan zijn toekomst als auteur evenzeer als aan zijn liefdesgeluk.

En verder: Dat Fausts leven niet een welbesteed in den zin van practiesch vruchtbaar leven kon zijn, ja, een lange reeks leerrijke mislukkingen moest worden, het ligt opgesloten in de oorspronkelijke conceptie.

Dit ontnuchterde hem: doch Böhme, practiesch man, met weinig ontzag voor geleerdheid die door anderen werd onderwezen overtuigde hem dat hij, als bewonderaar van de classieken, niet beter kon doen dan zich wijden aan de studie van het Romeinsche Recht.

Zij verbreken de hinderlijke perken van de heerschende levensverhoudingen en speuren naar een nieuwen weg, naar een betere roeping, niet alleen voor zich.... Of eigenlijk heelemáal niet voor zich, want nooit vinden zij op aarde rust, en zij sterven als zij hebben bereikt.... voor latere geslachten. In dit licht hebben Goethe èn Faust door hun eigenzuchtig idealisme practiesch werk geleverd.

Zijn inborst laat zich zoo weinig verloochenen, dat hij in zijn ambtsbeslommeringen niet alleen aanleiding maar ook verontschuldiging(!) meent te zien voor het beoefenen van allerlei wetenschappen. Voor de onstandvastigheid en inconsequentie van de menschen, wil hij zich schadeloos stellen met de consequentie van de natuur. Zijn bemoeiingen met mijn- en boschbouw, met wegaanleg, hoogeschool en teeken-academie, voeren hem tot delfstof-, aard-, plant- en ontleedkunde. Het is hem hier niet te doen om wat practiesch bruikbare gegevens; hij toont zich op dit gebied de dichterlijke wijsgeer, die de heele natuur als een éénig wezen ziet en nu in alle natuurverschijnselen een openbaring van dit Eenige verwacht. Spinoza heeft hem geleerd dat toereikende kennis van het wezen Gods tot toereikende kennis van het wezen der Dingen kan voeren, en deze weinige woorden geven hem moed, heel zijn leven te wijden aan de beschouwing der dingen die hij kan bereiken en van welker essentie hij durft hopen, een afdoende kennis te erlangen. Alle uitvinden en ontdekken (beseft hij) is de uitoefening van een oorspronkelijk waarheidsgevoel, dat zich in stilte reeds lang heeft gevormd, en dan plotseling, met bliksemsnelheid, tot een vruchtbaar inzicht voert. Het is van binnen naar buiten werkende Openbaring, die den mensch zijn godgelijkheid laat vermoeden. Het is de synthese van wereld en geest, die van de eeuwige harmonie in het bestaande de heerlijke verzekering geeft. Bij voorbaat lijkt hem uitgemaakt, dat mensch, dier en plant zich volgens dezelfde wetten hebben ontwikkeld, dat op geen enkel gebied sprake kan zijn van plotselinge schepping, dat alles geleidelijk is gegroeid, dat de rijken der natuur onmerkbaar in elkaar versmelten. En met deze werk-hypothese gaat hij nu in ontleedzaal en museum, in bosch en gebergte aan 't onderzoeken, en brengt dingen aan het licht, wier beteekenis pas veel later officiëel door de geleerden zal worden toegegeven. Hij begint nu in een geheel andere laag der maatschappij vijanden te verwerven, door zich

Woord Van De Dag

rozen-hove

Anderen Op Zoek