United States or Iraq ? Vote for the TOP Country of the Week !


Les drôlesses sont fort gentilles; Leur poison qui m'ensorcela Griserait monsieur Orfila. vont les belles filles, Lon la. J'aime l'amour et ses bisbilles, J'aime Agnès, j'aime Paméla, Lise en m'allumant se brûla. vont les belles filles, Lon la. Jadis, quand je vis les mantilles De Suzette et de Zéila, Mon âme

Ik noemde zooeven RICHARDSON den schepper van den modernen Engelschen roman, algemeen vermaard om zijn Clarisse Harlowe, Pamela en Grandisson, lektuur tot in POTGIETER'S jeugd. RICHARDSON is BETJE'S voorbeeld; van eigenlijk gezegde navolging mag misschien sprake zijn in BETJE'S laatste werk: Cornelia Wildschut; doch merkbaar is zijn voorbeeld overal.

De oude man lachte luid, knipoogde, klopte hem op de knie, lonkte hem op geheimzinnige wijze toe en zeide hem, teederlijk de schouders ophalende: "Domoor, neem ze tot uw matres." Marius verbleekte. Hij had niets begrepen van al 't geen zijn grootvader gezegd had. Het geteut over de straat Blomet, Pamela, kazerne, lansier, was als beelden uit een tooverlantaarn voorbij Marius heengegaan.

Voorheen noemde men ze de straat Blomet... Nu herinner ik mij. Ik heb van het meisje van het hek in de straat Plumet hooren spreken. In een tuin. Een Pamela. Ge hebt geen slechten smaak. Men zegt, dat zij zeer lief is. Onder ons gezegd, geloof ik dat deze zotskap van een lansier haar een weinig het hof heeft gemaakt. Ik weet niet hoe ver 't gegaan is. Nu, dat doet er niet toe.

Zijn vrouw was twaalf of vijftien jaar jonger dan hij. Later, toen het als treurwilgen neerhangend romantisch haar, grijs begon te worden, toen uit de Pamela een Megera ontstond, was vrouw Thénardier niets dan een dik, ondeugend wijf, met domme romans opgevuld. En men leest niet ongestraft ongerijmdheden!